Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. voetganger:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voetganger (Nederlands) in het Duits

voetganger:

voetganger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de voetganger
    der Fußgänger

Vertaal Matrix voor voetganger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Fußgänger voetganger kuieraar; slenteraar; voetreiziger; wandelaar

Verwante woorden van "voetganger":

  • voetgangers

Verwante definities voor "voetganger":

  1. wie lopend aan het verkeer deelneemt1
    • voetgangers hebben hier voorrang1

Wiktionary: voetganger

voetganger
noun
  1. iemand die zich te voet door het verkeer verplaatst
voetganger
noun
  1. eine (männliche) Person, die zu Fuß unterwegs ist

Cross Translation:
FromToVia
voetganger Fußgänger; Fußgängerin; Fußgeher; Fußgeherin; Passant; Passantin pedestrian — somebody walking rather than using a vehicle
voetganger Fußgänger piétonhomme qui se déplacer à pied.