Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. vlieger:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vlieger (Nederlands) in het Duits

vlieger:

vlieger

  1. vlieger

vlieger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de vlieger (piloot; vliegenier)
    der Pilot; der Flieger; der Drache; der Flugkapitän
    • Pilot [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Flieger [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Drache [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Flugkapitän [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vlieger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Drache piloot; vliegenier; vlieger draak
Drachen draken; piloten; vliegers
Flieger piloot; vliegenier; vlieger
Flugkapitän piloot; vliegenier; vlieger commandant; gezagvoerder
Pilot piloot; vliegenier; vlieger captain; gezagvoerder; testfase; vliegtuigkapitein
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Drachen vlieger

Verwante woorden van "vlieger":


Wiktionary: vlieger

vlieger
noun
  1. Viereck, bei dem je zwei benachbarte Seiten gleich lang sind
  2. unbemanntes, an Schnüren gehaltenes Fluggerät (Spielzeug)

Cross Translation:
FromToVia
vlieger Drachen kite — flying toy on string
vlieger Flieger aviateurpilote d’avion.
vlieger Drachen cerf-volantengin volant sans pilote ni passager qui tient en l’air grâce à la force de pression que le vent exerce sur la surface de sa voilure et qui est manœuvré ou simplement rattaché au sol à l’aide d’un ou plusieurs fils, traditionnellement fait avec de l’étoffe ou du papier étendu

Verwante vertalingen van vlieger