Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. verzuren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verzuren (Nederlands) in het Duits

verzuren:

verzuren werkwoord (verzuur, verzuurt, verzuurde, verzuurden, verzuurd)

  1. verzuren (schiften; zuur worden)
    gerinnen; sauer werden
    • gerinnen werkwoord (gerinne, gerinnst, gerinnt, gerann, gerannt, geronnen)
    • sauer werden werkwoord (werde sauer, wirdst sauer, wird sauer, wurde sauer, wurdet sauer, sauer geworden)

Conjugations for verzuren:

o.t.t.
  1. verzuur
  2. verzuurt
  3. verzuurt
  4. verzuren
  5. verzuren
  6. verzuren
o.v.t.
  1. verzuurde
  2. verzuurde
  3. verzuurde
  4. verzuurden
  5. verzuurden
  6. verzuurden
v.t.t.
  1. ben verzuurd
  2. bent verzuurd
  3. is verzuurd
  4. zijn verzuurd
  5. zijn verzuurd
  6. zijn verzuurd
v.v.t.
  1. was verzuurd
  2. was verzuurd
  3. was verzuurd
  4. waren verzuurd
  5. waren verzuurd
  6. waren verzuurd
o.t.t.t.
  1. zal verzuren
  2. zult verzuren
  3. zal verzuren
  4. zullen verzuren
  5. zullen verzuren
  6. zullen verzuren
o.v.t.t.
  1. zou verzuren
  2. zou verzuren
  3. zou verzuren
  4. zouden verzuren
  5. zouden verzuren
  6. zouden verzuren
diversen
  1. verzuur!
  2. verzuurt!
  3. verzuurd
  4. verzurend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verzuren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gerinnen schiften; verzuren; zuur worden opstijven
sauer werden schiften; verzuren; zuur worden

Wiktionary: verzuren

verzuren
verb
  1. zuur (doen) worden

Cross Translation:
FromToVia
verzuren säuern acidify — to make something acidic
verzuren sauer machen; säuern; ansäuern aigrirrendre aigre.

Verwante vertalingen van verzuren