Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verslapping (Nederlands) in het Duits

verslapping:

verslapping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de verslapping (verflauwing)
    die Schwächung; die Erschöpfung; die Abschwächung; Nachlassen; die Erschlaffung; die Ermattung

Vertaal Matrix voor verslapping:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Abschwächung verflauwing; verslapping afzwakking; vermindering
Ermattung verflauwing; verslapping afmatting; moeheid; uitputting; vermoeidheid
Erschlaffung verflauwing; verslapping afmatting; krachteloosheid; laksheid; moeheid; slapheid; slapte; sulligheid; uitputting; vermoeidheid; weekheid; zachtheid; zwakheid; zwakte
Erschöpfung verflauwing; verslapping afmatting; krachteloosheid; laksheid; moeheid; slapheid; slapte; sulligheid; uitputting; vermoeidheid; weekheid; zachtheid; zwakheid; zwakte
Nachlassen verflauwing; verslapping
Schwächung verflauwing; verslapping ontkrachting; verzwakking

Verwante woorden van "verslapping":

  • verslappingen