Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- verdacht:
- verdenken:
-
Wiktionary:
- verdacht → verdächtig, anrüchig, fragwürdig, Verdacht, argwöhnisch
- verdenken → verdächtigen
- verdenken → verdächtigen, argwöhnen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor verdacht (Nederlands) in het Duits
verdacht:
-
verdacht (donker; obscuur; dubieus; duister; onguur; glibberig)
verdächtig; mies; hinterhältig; schmierig; häßlich; gruselig; gemein; dubios; heimtückisch; hinterlistig; bösartig; glitschig; niederträchtig; schuftig; böse; unheimlich; fraglich; fragwürdig; obskur; gespenstisch; teuflisch-
verdächtig bijvoeglijk naamwoord
-
mies bijvoeglijk naamwoord
-
hinterhältig bijvoeglijk naamwoord
-
schmierig bijvoeglijk naamwoord
-
häßlich bijvoeglijk naamwoord
-
gruselig bijvoeglijk naamwoord
-
gemein bijvoeglijk naamwoord
-
dubios bijvoeglijk naamwoord
-
heimtückisch bijvoeglijk naamwoord
-
hinterlistig bijvoeglijk naamwoord
-
bösartig bijvoeglijk naamwoord
-
glitschig bijvoeglijk naamwoord
-
niederträchtig bijvoeglijk naamwoord
-
schuftig bijvoeglijk naamwoord
-
böse bijvoeglijk naamwoord
-
unheimlich bijvoeglijk naamwoord
-
fraglich bijvoeglijk naamwoord
-
fragwürdig bijvoeglijk naamwoord
-
obskur bijvoeglijk naamwoord
-
gespenstisch bijvoeglijk naamwoord
-
teuflisch bijvoeglijk naamwoord
-
-
verdacht (argwaan opwekkend)
bedenklich; argwöhnisch; schlimm-
bedenklich bijvoeglijk naamwoord
-
argwöhnisch bijvoeglijk naamwoord
-
schlimm bijvoeglijk naamwoord
-
-
verdacht (onbetrouwbaar; duister; louche; onguur)
nicht vertrauenswürdig-
nicht vertrauenswürdig bijvoeglijk naamwoord
-
-
verdacht (bedenkelijk; omstreden; twijfelachtig; betwist; dubieus; kwestieus)
bedenklich-
bedenklich bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor verdacht:
Verwante woorden van "verdacht":
Verwante definities voor "verdacht":
Wiktionary: verdacht
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verdacht | → verdächtig; anrüchig | ↔ fishy — suspicious; inspiring doubt |
• verdacht | → fragwürdig | ↔ questionable — of dubious respectability or morality |
• verdacht | → Verdacht | ↔ suspect — have suspicion |
• verdacht | → verdächtig | ↔ suspiciously — in a manner suggesting guilt |
• verdacht | → argwöhnisch | ↔ suspiciously — to a degree that makes one suspect something |
verdacht vorm van verdenken:
-
verdenken (verdacht maken; beschuldigen; incrimineren; betichten)
verdächtigen; beschuldigen; anklagen-
verdächtigen werkwoord (verdächtige, verdächtigst, verdächtigt, verdächtigte, verdächtigtet, verdâchtigt)
-
beschuldigen werkwoord (beschuldige, beschuldigst, beschuldigt, beschuldigte, beschuldigtet, beschuldigt)
-
Conjugations for verdenken:
o.t.t.
- verdenk
- verdenkt
- verdenkt
- verdenken
- verdenken
- verdenken
o.v.t.
- verdacht
- verdacht
- verdacht
- verdachten
- verdachten
- verdachten
v.t.t.
- heb verdacht
- hebt verdacht
- heeft verdacht
- hebben verdacht
- hebben verdacht
- hebben verdacht
v.v.t.
- had verdacht
- had verdacht
- had verdacht
- hadden verdacht
- hadden verdacht
- hadden verdacht
o.t.t.t.
- zal verdenken
- zult verdenken
- zal verdenken
- zullen verdenken
- zullen verdenken
- zullen verdenken
o.v.t.t.
- zou verdenken
- zou verdenken
- zou verdenken
- zouden verdenken
- zouden verdenken
- zouden verdenken
diversen
- verdenk!
- verdenkt!
- verdacht
- verdenkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor verdenken:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
anklagen | beschuldigen; betichten; incrimineren; verdacht maken; verdenken | aanklagen; beschuldigen; betichten; chargeren; overdrijven; ten laste leggen; tenlaste leggen |
beschuldigen | beschuldigen; betichten; incrimineren; verdacht maken; verdenken | chargeren; overdrijven; tenlaste leggen |
verdächtigen | beschuldigen; betichten; incrimineren; verdacht maken; verdenken |
Wiktionary: verdenken
verdenken
Cross Translation:
verb
verdenken
-
het vermoeden hebben van iets slechts
- verdenken → verdächtigen
verb
-
einen Verdacht gegen jemanden haben, aussprechen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verdenken | → verdächtigen | ↔ suspect — believe to be guilty |
• verdenken | → argwöhnen; verdächtigen | ↔ soupçonner — Avoir, concernant quelqu’un ou quelque chose, une opinion, une présomption désavantageux, mais incertaine et mêlée de doute. |
• verdenken | → argwöhnen; verdächtigen | ↔ suspecter — soupçonner, tenir pour suspect. |
Computer vertaling door derden: