Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verdacht (Nederlands) in het Duits

verdacht:

verdacht bijvoeglijk naamwoord

  1. verdacht (donker; obscuur; dubieus; )
    verdächtig; mies; hinterhältig; schmierig; häßlich; gruselig; gemein; dubios; heimtückisch; hinterlistig; bösartig; glitschig; niederträchtig; schuftig; böse; unheimlich; fraglich; fragwürdig; obskur; gespenstisch; teuflisch
  2. verdacht (argwaan opwekkend)
    bedenklich; argwöhnisch; schlimm
  3. verdacht (onbetrouwbaar; duister; louche; onguur)
  4. verdacht (bedenkelijk; omstreden; twijfelachtig; )
    bedenklich

Vertaal Matrix voor verdacht:

Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
teuflisch duivels; verdoemd
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
argwöhnisch argwaan opwekkend; verdacht achterdochtig; argwanend; kwaaddenkend; wantrouwend; wantrouwig
bedenklich argwaan opwekkend; bedenkelijk; betwist; dubieus; kwestieus; omstreden; twijfelachtig; verdacht kritisch; moeilijk; problematisch
bösartig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; boefachtig; boosaardig; bosachtig; doortrapt; dreigend; duister; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; giftig; gluiperig; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; kwaadaardig; kwaadwillig; leep; listig; luguber; macaber; malicieus; met slechte intentie; min; onheilspellend; schurkachtig; sinister; slecht; slinks; sluw; snood; spookachtig; stiekem; tweetongig; uitgekookt; vals; venijnig; verraderlijk
böse donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; bitter; boefachtig; boos; boosaardig; dol; doortrapt; dreigend; duister; furieus; gebelgd; gehaaid; gekwetst; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; giftig; gluiperig; hels; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; kwaad; kwaadaardig; kwaadwillig; laaiend; leep; listig; luguber; macaber; met slechte intentie; min; misnoegd; nijdig; onheilspellend; razend; schurkachtig; sinister; slecht; slinks; sluw; snood; spinnijdig; spookachtig; stiekem; tierend; toornig; uitgekookt; vals; venijnig; vergramd; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; woedend; woest; zeer boos; ziedend
dubios donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht
fraglich donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht betreffende; in kwestie; niet zeker; ongewis; onvast
fragwürdig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht niet duidelijk; niet helder; onduidelijk; onhelder; onklaar; troebel; vaag
gemein donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; banaal; bedriegelijk; bosachtig; doortrapt; gefingeerd; gehaaid; gemeen; gemeenschappelijk; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gewoon; gezamenlijk; gluiperig; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; luguber; macaber; met zijn allen; min; nagemaakt; normaal; onecht; onedel; onwaar; ploertig; slecht; slinks; sluw; snood; spookachtig; stiekem; tezamen; uitgekookt; vals; vuig
gespenstisch donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht angstaanjagend; beangstigend; dreigend; duister; eng; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; luguber; onheilspellend; sinister
glitschig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht glad; glibberig; obsceen; schuin; vies; vunzig; zedeloos
gruselig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht akelig; angstaanjagend; beangstigend; dreigend; duister; eng; griezelig; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; luguber; onheilspellend; sinister
heimtückisch donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; banaal; bedriegelijk; doortrapt; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gevaarlijk; gewiekst; gluiperig; grof; heimelijk; in het geheim; in het geniep; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; luguber; macaber; min; nagemaakt; onecht; onedel; onwaar; op steelse wijze; plat; platvloers; schunnig; slecht; slinks; sluw; snood; spookachtig; steels; steelsgewijze; stiekem; tersluiks; triviaal; trouweloos; uitgekookt; vals; verraderlijk; vunzig
hinterhältig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; arglistig; banaal; bedriegelijk; boefachtig; boosaardig; doortrapt; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; grof; in het geniep; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; link; listig; lomp; luguber; macaber; min; nagemaakt; onecht; onedel; onwaar; plat; platvloers; schunnig; schurkachtig; slecht; slinks; sluw; snood; spookachtig; stiekem; triviaal; uitgekookt; vals; vunzig
hinterlistig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; arglistig; banaal; bedriegelijk; clever; doortrapt; dreigend; duister; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; grof; heimelijk; huiveringwekkend; in het geheim; in het geniep; kien; kwaadwillig; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; link; listig; lomp; luguber; macaber; met slechte intentie; min; nagemaakt; onecht; onedel; onheilspellend; onwaar; op steelse wijze; pienter; plat; platvloers; schrander; schunnig; sinister; slecht; slim; slinks; sluw; snood; snugger; spookachtig; steels; steelsgewijze; stiekem; tersluiks; triviaal; tweetongig; uitgekookt; uitgeslapen; vals; vunzig
häßlich donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht afschuwelijk; afstotend; afstotend voor zintuigen; afzichtelijk; foeilelijk; lelijk; lelijk uitziend; luguber; macaber; monsterlijk; oerlelijk; onaantrekkelijk; onooglijk; ontoonbaar; spookachtig; verfoeilijk; verlopen; weerzinwekkend
mies donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht afgezaagd; bedriegelijk; ellendig; gefingeerd; gemeen; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; min; nagemaakt; niet hoog; onecht; onedel; onwaar; rot; saai; slecht; vals; vervelend
nicht vertrauenswürdig duister; louche; onbetrouwbaar; onguur; verdacht
niederträchtig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; bedriegelijk; boefachtig; boosaardig; doortrapt; eerloos; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; infaam; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; min; nagemaakt; niet hoog; onecht; onedel; onwaar; ploertig; schandalig; schurkachtig; slecht; slinks; sluw; snood; stiekem; uitgekookt; vals; verfoeilijk
obskur donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht beangstigend; eng; niet doorzichtig; ondoorzichtig; onduidelijk; onoverzichtelijk; wollig
schlimm argwaan opwekkend; verdacht brutaal; delicaat; erg; ernstig; fel; gemeen; hachelijk; heel erg; heftig; hevig; hondsbrutaal; ijzingwekkend; krachtig; kritiek; kwaadwillig; kwalijk; lastig; met slechte intentie; min; netelig; ontzettend; penibel; ploertig; precair; schrikbarend; schrikwekkend; slecht; snood; vals; van bedenkelijke aard; verschrikkelijk; vreselijk; vrijpostig
schmierig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht banaal; dellerig; goor; grof; haveloos; laag-bij-de-grond; lomp; morsig; obsceen; onverkwikkelijk; plat; platvloers; ranzig; schuin; schunnig; sletterig; slodderig; slonzig; slordig; smeerachtig; smerig; stuitend; triviaal; vies; viezig; voddig; vuil; vunzig; walgelijk; weerzinwekkend; zedeloos
schuftig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht achterbaks; banaal; bedriegelijk; boefachtig; boosaardig; doortrapt; dreigend; duister; gefingeerd; gehaaid; gemeen; geniepig; geraffineerd; geslepen; gewiekst; gluiperig; grof; huiveringwekkend; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; leep; listig; lomp; luguber; macaber; nagemaakt; niet hoog; onduidelijk; onecht; onedel; onheilspellend; onwaar; plat; platvloers; ploerterig; ploertig; schofterig; schunnig; schurkachtig; sinister; slinks; sluw; smiechterig; snood; spookachtig; stiekem; triviaal; uitgekookt; vals; vunzig; wollig
teuflisch donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht bliksems; boefachtig; boosaardig; dreigend; duister; duivelachtig; duivels; gemeen; gluiperig; hels; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; infernaal; kwaadaardig; luguber; onheilspellend; schurkachtig; sinister; vals; verdraaid; verduiveld
unheimlich donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht akelig; angstaanjagend; beangstigend; dreigend; duister; eng; griezelig; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; luguber; onheilspellend; sinister
verdächtig donker; dubieus; duister; glibberig; obscuur; onguur; verdacht

Verwante woorden van "verdacht":


Verwante definities voor "verdacht":

  1. erop voorbereid1
    • ik was er niet op verdacht dat hij kwaad zou worden1
  2. niet helemaal betrouwbaar1
    • zij gedraagt zich verdacht1

Wiktionary: verdacht


Cross Translation:
FromToVia
verdacht verdächtig; anrüchig fishy — suspicious; inspiring doubt
verdacht fragwürdig questionable — of dubious respectability or morality
verdacht Verdacht suspect — have suspicion
verdacht verdächtig suspiciously — in a manner suggesting guilt
verdacht argwöhnisch suspiciously — to a degree that makes one suspect something

verdacht vorm van verdenken:

verdenken werkwoord (verdenk, verdenkt, verdacht, verdachten, verdacht)

  1. verdenken (verdacht maken; beschuldigen; incrimineren; betichten)
    verdächtigen; beschuldigen; anklagen
    • verdächtigen werkwoord (verdächtige, verdächtigst, verdächtigt, verdächtigte, verdächtigtet, verdâchtigt)
    • beschuldigen werkwoord (beschuldige, beschuldigst, beschuldigt, beschuldigte, beschuldigtet, beschuldigt)
    • anklagen werkwoord (klage an, klagst an, klagt an, klagte an, klagtet an, angeklagt)

Conjugations for verdenken:

o.t.t.
  1. verdenk
  2. verdenkt
  3. verdenkt
  4. verdenken
  5. verdenken
  6. verdenken
o.v.t.
  1. verdacht
  2. verdacht
  3. verdacht
  4. verdachten
  5. verdachten
  6. verdachten
v.t.t.
  1. heb verdacht
  2. hebt verdacht
  3. heeft verdacht
  4. hebben verdacht
  5. hebben verdacht
  6. hebben verdacht
v.v.t.
  1. had verdacht
  2. had verdacht
  3. had verdacht
  4. hadden verdacht
  5. hadden verdacht
  6. hadden verdacht
o.t.t.t.
  1. zal verdenken
  2. zult verdenken
  3. zal verdenken
  4. zullen verdenken
  5. zullen verdenken
  6. zullen verdenken
o.v.t.t.
  1. zou verdenken
  2. zou verdenken
  3. zou verdenken
  4. zouden verdenken
  5. zouden verdenken
  6. zouden verdenken
diversen
  1. verdenk!
  2. verdenkt!
  3. verdacht
  4. verdenkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verdenken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anklagen beschuldigen; betichten; incrimineren; verdacht maken; verdenken aanklagen; beschuldigen; betichten; chargeren; overdrijven; ten laste leggen; tenlaste leggen
beschuldigen beschuldigen; betichten; incrimineren; verdacht maken; verdenken chargeren; overdrijven; tenlaste leggen
verdächtigen beschuldigen; betichten; incrimineren; verdacht maken; verdenken

Wiktionary: verdenken

verdenken
verb
  1. het vermoeden hebben van iets slechts
verdenken
verb
  1. einen Verdacht gegen jemanden haben, aussprechen

Cross Translation:
FromToVia
verdenken verdächtigen suspect — believe to be guilty
verdenken argwöhnen; verdächtigen soupçonner — Avoir, concernant quelqu’un ou quelque chose, une opinion, une présomption désavantageux, mais incertaine et mêlée de doute.
verdenken argwöhnen; verdächtigen suspectersoupçonner, tenir pour suspect.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van verdacht