Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- trekje:
- trek:
-
Wiktionary:
- trekje → paffen
- trekje → Merkmal, Eigenart, Charakteristik, Eigenschaft
- trek → Appetit, Zugluft, Merkmal, Charakteristikum, Hunger, Eßlust, Gesichtszug, Zug
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor trekje (Nederlands) in het Duits
trekje:
-
het trekje (trekje aan een sigaret; haal; haaltje)
-
het trekje (karaktertrekje)
Vertaal Matrix voor trekje:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Charaktereigenschaft | karaktertrekje; trekje | eigenschap; karaktereigenschap; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kwalititeit; stigma; typering |
Charakterzug | karaktertrekje; trekje | karaktereigenschap; karaktertrek; kenmerk; kwalititeit |
Eigenart | karaktertrekje; trekje | bijzonderheid; detail; eigenschap; karakterisering; karakteristiek; kenmerk; rarigheid; typering; vreemdsoortigheid |
Eigenschaft | karaktertrekje; trekje | eigenschap; gesteldheid; hoedanigheid; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kwaliteit; stigma; typering |
Zug von eine Zigarette | haal; haaltje; trekje; trekje aan een sigaret |
Verwante woorden van "trekje":
Wiktionary: trekje
trekje
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• trekje | → Merkmal; Eigenart; Charakteristik; Eigenschaft | ↔ characteristic — distinguishing feature |
trekje vorm van trek:
-
de trek (luchtzuiging; tocht)
-
de trek (hongergevoel; honger; hongerigheid)
-
de trek (eetlust; zin; lust)
-
de trek (ruk; haal)
-
de trek (zin om iets te eten; zin)
Vertaal Matrix voor trek:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Anziehen | haal; ruk; trek | aandoen; aankleden; aanschroeven; aantrekken; accelereren; kleden; optrekken; straktrekken; vastschroeven; versnellen |
Appetit | eetlust; honger; hongergevoel; hongerigheid; lust; trek; zin | |
Eßlust | honger; hongergevoel; hongerigheid; trek | |
Hunger | honger; hongergevoel; hongerigheid; trek | honger |
Hungergefühl | honger; hongergevoel; hongerigheid; trek | |
Luftabsaugung | luchtzuiging; tocht; trek | |
Lust haben etwas zu essen | trek; zin; zin om iets te eten | |
Magenknurren | honger; hongergevoel; hongerigheid; trek | |
Ruck | haal; ruk; trek | aantrekken; hort; schok; schokkende beweging; stoot; straktrekken |
Zug | luchtzuiging; tocht; trek | dronk; haal; kras; pennekras; schaakzet; sleep; slok; spoortrein; teug; trein; zet; zuiging; zuigkracht |
- | eetlust |
Verwante woorden van "trek":
Synoniemen voor "trek":
Verwante definities voor "trek":
Wiktionary: trek
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• trek | → Appetit | ↔ appetite — desire of or relish for food |
• trek | → Zugluft | ↔ draft — current of air |
• trek | → Merkmal; Charakteristikum | ↔ feature — one of the physical constituents of the face |
• trek | → Hunger | ↔ hunger — need for food |
• trek | → Eßlust | ↔ appétit — Traductions à trier suivant le sens |
• trek | → Gesichtszug; Zug | ↔ trait — (vieilli) action de tirer une voiture par des animaux. |
Computer vertaling door derden: