Nederlands

Uitgebreide vertaling voor trekje (Nederlands) in het Duits

trekje:

trekje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het trekje (trekje aan een sigaret; haal; haaltje)
    der Zug von eine Zigarette
  2. het trekje (karaktertrekje)
    die Eigenschaft; die Charakterzug; die Charaktereigenschaft; die Eigenart

Vertaal Matrix voor trekje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Charaktereigenschaft karaktertrekje; trekje eigenschap; karaktereigenschap; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kwalititeit; stigma; typering
Charakterzug karaktertrekje; trekje karaktereigenschap; karaktertrek; kenmerk; kwalititeit
Eigenart karaktertrekje; trekje bijzonderheid; detail; eigenschap; karakterisering; karakteristiek; kenmerk; rarigheid; typering; vreemdsoortigheid
Eigenschaft karaktertrekje; trekje eigenschap; gesteldheid; hoedanigheid; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kwaliteit; stigma; typering
Zug von eine Zigarette haal; haaltje; trekje; trekje aan een sigaret

Verwante woorden van "trekje":


Wiktionary: trekje

trekje
verb
  1. in Stößen rauchen ohne zu inhalieren

Cross Translation:
FromToVia
trekje Merkmal; Eigenart; Charakteristik; Eigenschaft characteristic — distinguishing feature

trekje vorm van trek:

trek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de trek (luchtzuiging; tocht)
    der Zug; die Luftabsaugung
  2. de trek (hongergevoel; honger; hongerigheid)
    der Hunger; die Eßlust; Magenknurren; der Appetit; Hungergefühl
  3. de trek (eetlust; zin; lust)
    der Appetit
    • Appetit [der ~] zelfstandig naamwoord
  4. de trek (ruk; haal)
    der Ruck; Anziehen
    • Ruck [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Anziehen [das ~] zelfstandig naamwoord
  5. de trek (zin om iets te eten; zin)
    die Lust haben etwas zu essen

Vertaal Matrix voor trek:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anziehen haal; ruk; trek aandoen; aankleden; aanschroeven; aantrekken; accelereren; kleden; optrekken; straktrekken; vastschroeven; versnellen
Appetit eetlust; honger; hongergevoel; hongerigheid; lust; trek; zin
Eßlust honger; hongergevoel; hongerigheid; trek
Hunger honger; hongergevoel; hongerigheid; trek honger
Hungergefühl honger; hongergevoel; hongerigheid; trek
Luftabsaugung luchtzuiging; tocht; trek
Lust haben etwas zu essen trek; zin; zin om iets te eten
Magenknurren honger; hongergevoel; hongerigheid; trek
Ruck haal; ruk; trek aantrekken; hort; schok; schokkende beweging; stoot; straktrekken
Zug luchtzuiging; tocht; trek dronk; haal; kras; pennekras; schaakzet; sleep; slok; spoortrein; teug; trein; zet; zuiging; zuigkracht
- eetlust

Verwante woorden van "trek":


Synoniemen voor "trek":


Verwante definities voor "trek":

  1. zin in eten1
    • Anna heeft geen trek vanavond1
  2. het verhuizen naar een ander gebied1
    • de trek van de wintervogels is begonnen1
  3. lijn in het gezicht1
    • hij heeft de trekken van zijn vader1
  4. één keer zuigen aan een sigaret1
    • mag ik een trekje van je sigaret?1

Wiktionary: trek


Cross Translation:
FromToVia
trek Appetit appetite — desire of or relish for food
trek Zugluft draft — current of air
trek Merkmal; Charakteristikum feature — one of the physical constituents of the face
trek Hunger hunger — need for food
trek Eßlust appétit — Traductions à trier suivant le sens
trek Gesichtszug; Zug trait — (vieilli) action de tirer une voiture par des animaux.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van trekje