Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. terugspringen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor terugspringen (Nederlands) in het Duits

terugspringen:

terugspringen werkwoord (spring terug, springt terug, sprong terug, sprongen terug, teruggesprongen)

  1. terugspringen
    zurückprallen; zurückschlagen; zurückspringen
    • zurückprallen werkwoord (pralle zurück, prallst zurück, prallt zurück, prallte zurück, pralltet zurück, zurückgeprallt)
    • zurückschlagen werkwoord (schlage zurück, schlägst zurück, schlägt zurück, schlug zurück, schlugt zurück, zurückgeschlagen)
    • zurückspringen werkwoord

Conjugations for terugspringen:

o.t.t.
  1. spring terug
  2. springt terug
  3. springt terug
  4. springen terug
  5. springen terug
  6. springen terug
o.v.t.
  1. sprong terug
  2. sprong terug
  3. sprong terug
  4. sprongen terug
  5. sprongen terug
  6. sprongen terug
v.t.t.
  1. ben teruggesprongen
  2. bent teruggesprongen
  3. is teruggesprongen
  4. zijn teruggesprongen
  5. zijn teruggesprongen
  6. zijn teruggesprongen
v.v.t.
  1. was teruggesprongen
  2. was teruggesprongen
  3. was teruggesprongen
  4. waren teruggesprongen
  5. waren teruggesprongen
  6. waren teruggesprongen
o.t.t.t.
  1. zal terugspringen
  2. zult terugspringen
  3. zal terugspringen
  4. zullen terugspringen
  5. zullen terugspringen
  6. zullen terugspringen
o.v.t.t.
  1. zou terugspringen
  2. zou terugspringen
  3. zou terugspringen
  4. zouden terugspringen
  5. zouden terugspringen
  6. zouden terugspringen
diversen
  1. spring terug!
  2. springt terug!
  3. teruggesprongen
  4. terugspringend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor terugspringen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zurückprallen terugspringen achteruitdeinzen; achteruitgaan; afstuiten; terugdeinzen; terugschrikken; terugstuiten; terugwijken
zurückschlagen terugspringen terugslaan; terugvechten
zurückspringen terugspringen

Wiktionary: terugspringen


Cross Translation:
FromToVia
terugspringen abprallen rebondir — Faire un ou plusieurs bonds.