Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- teleurgesteld:
- teleurstellen:
-
Wiktionary:
- teleurgesteld → enttäuscht
- teleurgesteld → enttäuscht
- teleurstellen → enttäuschen
- teleurstellen → enttäuschen, täuschen, äffen, betrügen, hintergehen, beirren, irreführen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor teleurgesteld (Nederlands) in het Duits
teleurgesteld:
Vertaal Matrix voor teleurgesteld:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
betreten | betreden | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bedripst | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | beduusd; beteuterd |
belemmert | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | |
betreten | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | beduusd; beteuterd; getroffen; onthutst; ontsteld; paf; perplex; verschrikt |
niedergedrückt | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld |
Verwante woorden van "teleurgesteld":
Wiktionary: teleurgesteld
teleurgesteld
Cross Translation:
adjective
-
negativ überrascht, eine schlechte Erfahrung machend
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• teleurgesteld | → enttäuscht | ↔ disappointed — defeated of hope or expectation |
teleurstellen:
-
teleurstellen (ontgoochelen; frustreren; tegenvallen; afvallen; laten zakken; duperen; benadelen)
-
teleurstellen (vertrouwen schenden; beschamen)
Conjugations for teleurstellen:
o.t.t.
- stel teleur
- stelt teleur
- stelt teleur
- stellen teleur
- stellen teleur
- stellen teleur
o.v.t.
- stelde teleur
- stelde teleur
- stelde teleur
- stelden teleur
- stelden teleur
- stelden teleur
v.t.t.
- heb teleurgesteld
- hebt teleurgesteld
- heeft teleurgesteld
- hebben teleurgesteld
- hebben teleurgesteld
- hebben teleurgesteld
v.v.t.
- had teleurgesteld
- had teleurgesteld
- had teleurgesteld
- hadden teleurgesteld
- hadden teleurgesteld
- hadden teleurgesteld
o.t.t.t.
- zal teleurstellen
- zult teleurstellen
- zal teleurstellen
- zullen teleurstellen
- zullen teleurstellen
- zullen teleurstellen
o.v.t.t.
- zou teleurstellen
- zou teleurstellen
- zou teleurstellen
- zouden teleurstellen
- zouden teleurstellen
- zouden teleurstellen
en verder
- ben teleurgesteld
- bent teleurgesteld
- is teleurgesteld
- zijn teleurgesteld
- zijn teleurgesteld
- zijn teleurgesteld
diversen
- stel teleur!
- stelt teleur!
- teleurgesteld
- teleurstellend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor teleurstellen:
Wiktionary: teleurstellen
teleurstellen
Cross Translation:
verb
teleurstellen
-
iemand op onaangename wijze verrassen, vaak door een belofte niet na te komen
- teleurstellen → enttäuschen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• teleurstellen | → enttäuschen | ↔ disappoint — to displease |
• teleurstellen | → enttäuschen | ↔ décevoir — À trier |
• teleurstellen | → täuschen; äffen; betrügen; hintergehen; beirren; irreführen | ↔ tromper — abuser de la confiance de quelqu’un. |
Computer vertaling door derden: