Nederlands
Uitgebreide vertaling voor tegemoetkomen (Nederlands) in het Duits
tegemoetkomen:
tegemoetkomen werkwoord (kom tegemoet, komt tegemoet, kwam tegemoet, kwamen tegemoet, tegemoet gekomen)
-
tegemoetkomen (naderen; toenaderen)
annähern; entgegenkommen; begegnen; entgegengehen; herankommen-
entgegenkommen werkwoord
-
entgegengehen werkwoord
-
herankommen werkwoord (komme heran, kommst heran, kommt heran, kam heran, kamt heran, herangekommen)
-
tegemoetkomen (concessies doen; welwillendheid tonen)
Conjugations for tegemoetkomen:
o.t.t.
- kom tegemoet
- komt tegemoet
- komt tegemoet
- komen tegemoet
- komen tegemoet
- komen tegemoet
o.v.t.
- kwam tegemoet
- kwam tegemoet
- kwam tegemoet
- kwamen tegemoet
- kwamen tegemoet
- kwamen tegemoet
v.t.t.
- ben tegemoet gekomen
- bent tegemoet gekomen
- is tegemoet gekomen
- zijn tegemoet gekomen
- zijn tegemoet gekomen
- zijn tegemoet gekomen
v.v.t.
- was tegemoet gekomen
- was tegemoet gekomen
- was tegemoet gekomen
- waren tegemoet gekomen
- waren tegemoet gekomen
- waren tegemoet gekomen
o.t.t.t.
- zal tegemoetkomen
- zult tegemoetkomen
- zal tegemoetkomen
- zullen tegemoetkomen
- zullen tegemoetkomen
- zullen tegemoetkomen
o.v.t.t.
- zou tegemoetkomen
- zou tegemoetkomen
- zou tegemoetkomen
- zouden tegemoetkomen
- zouden tegemoetkomen
- zouden tegemoetkomen
diversen
- kom tegemoet!
- komt tegemoet!
- tegemoet gekomen
- tegemoet komend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
tegemoetkomen (naderen)