Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. storm:
  2. stormen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor storm (Nederlands) in het Duits

storm:

storm [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de storm (zwaar weer)
    der Sturm; Gewitter
    • Sturm [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Gewitter [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor storm:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gewitter storm; zwaar weer donderbui; onweer; onweren
Sturm storm; zwaar weer

Verwante woorden van "storm":


Wiktionary: storm

storm
noun
  1. erg harde wind

Cross Translation:
FromToVia
storm Sturm; Gewitter orageperturbation atmosphérique, ordinairement de peu de durée, qui se manifester par un vent impétueux, de la pluie ou de la grêle, des éclairs et du tonnerre.
storm Sturm tempête — Agitation de l’air

stormen:

stormen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de stormen
    Stürmen
    • Stürmen [das ~] zelfstandig naamwoord

stormen werkwoord (storm, stormt, stormde, stormden, gestormd)

  1. stormen (hard waaien)
    stürmen
    • stürmen werkwoord (stürme, stürmst, stürmt, stürmte, stürmtet, gestürmt)

Conjugations for stormen:

o.t.t.
  1. storm
  2. stormt
  3. stormt
  4. stormen
  5. stormen
  6. stormen
o.v.t.
  1. stormde
  2. stormde
  3. stormde
  4. stormden
  5. stormden
  6. stormden
v.t.t.
  1. heb gestormd
  2. hebt gestormd
  3. heeft gestormd
  4. hebben gestormd
  5. hebben gestormd
  6. hebben gestormd
v.v.t.
  1. had gestormd
  2. had gestormd
  3. had gestormd
  4. hadden gestormd
  5. hadden gestormd
  6. hadden gestormd
o.t.t.t.
  1. zal stormen
  2. zult stormen
  3. zal stormen
  4. zullen stormen
  5. zullen stormen
  6. zullen stormen
o.v.t.t.
  1. zou stormen
  2. zou stormen
  3. zou stormen
  4. zouden stormen
  5. zouden stormen
  6. zouden stormen
en verder
  1. ben gestormd
  2. bent gestormd
  3. is gestormd
  4. zijn gestormd
  5. zijn gestormd
  6. zijn gestormd
diversen
  1. storm!
  2. stormt!
  3. gestormd
  4. stormend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor stormen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Stürmen stormen runs; stormlopen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stürmen hard waaien; stormen binnenstormen; binnenvliegen; in de voorhoede spelen; stormlopen

Verwante woorden van "stormen":


Verwante definities voor "stormen":

  1. heel hard erheen lopen1
    • de kinderen stormden op de taart af1
  2. heel hard waaien1
    • als het stormt kun je geen paraplu gebruiken1