Stijging in het Duits vertaald uit het Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

stijging:
- Steigen; Aufgehen; Ansteigen; Abheben; Zunahme; Ansteigung; Zuwachs; Anwachsen
- Sprung; Steigung
Wiktionary:
- stijging → Anstieg, Steigung

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stijging (Nederlands) in het Duits

stijging:

stijging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de stijging (opstijgen; stijgen; omhoogkomen; klimmen)
Steigen; Aufgehen; Ansteigen; Abheben
- Steigen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Aufgehen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Ansteigen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Abheben [das ~] zelfstandig naamwoord
de stijging (toename; verhoging; vermedevuldigen; toeneming; aanwinst; uitbreiding; aangroei; groter worden; groei; expansie; vermeerdering; aanwas; versterking)
die Zunahme; die Ansteigung; der Zuwachs; Anwachsen; Ansteigen
- Zunahme [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ansteigung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zuwachs [der ~] zelfstandig naamwoord
- Anwachsen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Ansteigen [das ~] zelfstandig naamwoord

stijging

stijging (sprong)
Sprung; Steigung
- Sprung
- Steigung

Vertaal Matrix voor stijging:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Abheben	klimmen; omhoogkomen; opstijgen; stijgen; stijging	opstijging; opvragen; opvraging
Ansteigen	aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; klimmen; omhoogkomen; opstijgen; stijgen; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking
Ansteigung	aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking	beklimming; bestijging; geestelijke vorming; klim; ontplooiing; ontwikkeling; opklimmen; stijgen; vooruitgang; vorming
Anwachsen	aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking	aangroeiing; aanwas; aanwassen; aanzwellen; vermeerdering
Aufgehen	klimmen; omhoogkomen; opstijgen; stijgen; stijging	dijkbreuk; groei; groeien; groeiproces
Sprung		barst; breuk; krak; scheur
Steigen	klimmen; omhoogkomen; opstijgen; stijgen; stijging	rijzing
Steigung		expulsie
Zunahme	aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking	aanvulling; bloei; expansie; expulsie; geestelijke vorming; groei; hausse; hoogconjunctuur; ontplooiing; ontwikkeling; toename; uitbreiding; uitzetting; vergroting; vooruitgang; vordering; vorming
Zuwachs	aangroei; aanwas; aanwinst; expansie; groei; groter worden; stijging; toename; toeneming; uitbreiding; verhoging; vermedevuldigen; vermeerdering; versterking	expansie; geestelijke vorming; groei; ontplooiing; ontwikkeling; uitbreiding; vooruitgang; vorming
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Sprung	sprong; stijging
Steigung	sprong; stijging

Verwante woorden van "stijging":

stijgingen

Wiktionary: stijging

Cross Translation:

From	To	Via
• stijging	→ Anstieg; Steigung	↔ ascent — degree of elevation of an object, or the angle it makes with a horizontal line

Remove Ads

Vertaal stijging van Nederlands naar Duits

Uitgebreide vertaling voor stijging (Nederlands) in het Duits

stijging:

stijging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

de stijging (opstijgen; stijgen; omhoogkomen; klimmen)

de stijging (toename; verhoging; vermedevuldigen; toeneming; aanwinst; uitbreiding; aangroei; groter worden; groei; expansie; vermeerdering; aanwas; versterking)

stijging

stijging (sprong)

Vertaal Matrix voor stijging:

Verwante woorden van "stijging":

Wiktionary: stijging