Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. status:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor status (Nederlands) in het Duits

status:

status [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de status (prestige; aanzien; achtbaarheid)
    Ansehen; die Prestige
    • Ansehen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Prestige [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. de status
    der Zustand; der Status
    • Zustand [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Status [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. de status
    die Integrität
  4. de status (betalingsstatus)
    der Status; Zahlungsstatus
  5. de status (beschikbaarheid; online status)
    die Verfügbarkeit; der Status; Onlinestatus
  6. de status (goedkeuringsstatus)
    der Status; Genehmigungsstatus

Vertaal Matrix voor status:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ansehen aanzien; achtbaarheid; prestige; status aankijken; aanschouwen; aanzien; achtbaarheid; achtenswaardigheid; air; apperceptie; exterieur; gezag; in de ogen kijken; maatschappelijk aanzien; macht; observatie; perceptie; waarneming
Integrität status gegevensintegriteit; integriteit; onkreukbaarheid
Prestige aanzien; achtbaarheid; prestige; status
Status beschikbaarheid; betalingsstatus; goedkeuringsstatus; online status; status maatschappelijk aanzien; toestand
Verfügbarkeit beschikbaarheid; online status; status beschikbaarheid; beschikking
Zustand status conditie; gesteldheid; ligging; positie; staat; toestand
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Genehmigungsstatus goedkeuringsstatus; status
Onlinestatus beschikbaarheid; online status; status
Zahlungsstatus betalingsstatus; status

Verwante woorden van "status":

  • statussen

Wiktionary: status

status
noun
  1. bestimmte Eigenschaft, Beschaffenheit, Verfassung von etwas

Cross Translation:
FromToVia
status Zustand; Form shape — status or condition
status Status status — a person’s position or standing relative to that of others
status Stand; Status status — situation or state of affairs