Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. stamwoord:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor stamwoord (Nederlands) in het Duits

stamwoord:

stamwoord [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het stamwoord
    der Stamm; Stammwort; Wurzelwort

Vertaal Matrix voor stamwoord:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Stamm stamwoord aantal personen bijeen; boomstam; etymon; gezelschap; groep; hoofdmap; phylum; stam; stamverband; stamvorm; volksstam
Stammwort stamwoord etymon; stam; stamvorm
Wurzelwort stamwoord

Verwante woorden van "stamwoord":