Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. snuffelaars:
  2. snuffelaar:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor snuffelaars (Nederlands) in het Duits

snuffelaars:

snuffelaars [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de snuffelaars
    der Schnüffler; die Schnüffelnasen

Vertaal Matrix voor snuffelaars:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schnüffelnasen snuffelaars
Schnüffler snuffelaars aanbrengers; bespieder; pers. die drugs snuiven; politie-informanten; snuffelaar; snuiver; snuivers; stille verklikkers; tabaksnuiver; verklikker; verklikkerlichtje; verklikkers

Verwante woorden van "snuffelaars":


snuffelaars vorm van snuffelaar:

snuffelaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de snuffelaar
    der Schnüffler
  2. de snuffelaar

Vertaal Matrix voor snuffelaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schnüffler snuffelaar aanbrengers; bespieder; pers. die drugs snuiven; politie-informanten; snuffelaars; snuiver; snuivers; stille verklikkers; tabaksnuiver; verklikker; verklikkerlichtje; verklikkers
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Sniffer snuffelaar

Verwante woorden van "snuffelaar":