Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. slechthorendheid:
  2. slechthorend:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor slechthorendheid (Nederlands) in het Duits

slechthorendheid:

slechthorendheid [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. slechthorendheid (hardhorendheid; hardhorigheid)
    die Schwerhörigkeit; die Taubheit; die Gehörlosigkeit

Vertaal Matrix voor slechthorendheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gehörlosigkeit hardhorendheid; hardhorigheid; slechthorendheid doofheid
Schwerhörigkeit hardhorendheid; hardhorigheid; slechthorendheid
Taubheit hardhorendheid; hardhorigheid; slechthorendheid doofheid

Verwante woorden van "slechthorendheid":


slechthorendheid vorm van slechthorend:

slechthorend bijvoeglijk naamwoord

  1. slechthorend (hardhorend; hardhorig; gehoorgestoord)
    schwerhörig; hörbehindert

Vertaal Matrix voor slechthorend:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hörbehindert gehoorgestoord; hardhorend; hardhorig; slechthorend doof
schwerhörig gehoorgestoord; hardhorend; hardhorig; slechthorend

Verwante woorden van "slechthorend":