Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. sjouwer:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor sjouwer (Nederlands) in het Duits

sjouwer:

sjouwer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de sjouwer (lastdrager)
    der Gepäckträger; der Lastträger
  2. de sjouwer (kruier; bagagedrager; drager)
    der Träger; der Gepäckträger; der Lastträger; der Gepäckkarren

Vertaal Matrix voor sjouwer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gepäckkarren bagagedrager; drager; kruier; sjouwer
Gepäckträger bagagedrager; drager; kruier; lastdrager; sjouwer bagagerek op autodak; imperiaal; voorbagagedrager; voordrager
Lastträger bagagedrager; drager; kruier; lastdrager; sjouwer
Träger bagagedrager; drager; kruier; sjouwer draagbalk; latei; ligger; schoor; schoorbalk; schraag; schuinse steunbalk; steunbalk; stutbalk

Verwante woorden van "sjouwer":

  • sjouwers

Wiktionary: sjouwer


Cross Translation:
FromToVia
sjouwer Dienstmann; Träger porteur — Celui, celle dont le métier ordinaire est de porter quelque chose.