Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. seinen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor seinden (Nederlands) in het Duits

seinden vorm van seinen:

seinen werkwoord (sein, seint, seinde, seinden, geseind)

  1. seinen (signalen geven)
    senden; telegrafieren; Signale geben
    • senden werkwoord (sende, sendest, sendet, sendete, sendetet, gesendet)
    • telegrafieren werkwoord (telegrafiere, telegrafierst, telegrafiert, telegrafierte, telegrafiertet, telegrafiert)
    • Signale geben werkwoord (gebe Signale, gibst Siganle, gibt Signale, gab, gabt, gegeben)

Conjugations for seinen:

o.t.t.
  1. sein
  2. seint
  3. seint
  4. seinen
  5. seinen
  6. seinen
o.v.t.
  1. seinde
  2. seinde
  3. seinde
  4. seinden
  5. seinden
  6. seinden
v.t.t.
  1. heb geseind
  2. hebt geseind
  3. heeft geseind
  4. hebben geseind
  5. hebben geseind
  6. hebben geseind
v.v.t.
  1. had geseind
  2. had geseind
  3. had geseind
  4. hadden geseind
  5. hadden geseind
  6. hadden geseind
o.t.t.t.
  1. zal seinen
  2. zult seinen
  3. zal seinen
  4. zullen seinen
  5. zullen seinen
  6. zullen seinen
o.v.t.t.
  1. zou seinen
  2. zou seinen
  3. zou seinen
  4. zouden seinen
  5. zouden seinen
  6. zouden seinen
en verder
  1. ben geseind
  2. bent geseind
  3. is geseind
  4. zijn geseind
  5. zijn geseind
  6. zijn geseind
diversen
  1. sein!
  2. seint!
  3. geseind
  4. seinend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor seinen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Signale geben seinen; signalen geven
senden seinen; signalen geven afgeven; afleveren; bestellen; bezorgen; brengen; geven; orderen; overhandigen; rondstralen; schenken; telegraferen; thuisbezorgen; uitstralen; uitzenden; verlenen; verstrekken; versturen; verwijzen; verzenden; zenden
telegrafieren seinen; signalen geven telegraferen

Verwante woorden van "seinen":


Wiktionary: seinen


Cross Translation:
FromToVia
seinen signalisieren; andeuten; aufmerksam machen; hinweisen signalerappeler ou attirer l’attention de quelqu’un sur une personne ou sur une chose.