Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- sein:
- seinen:
-
Wiktionary:
- sein → Zeichen, Signal
- sein → Signal
- seinen → signalisieren, andeuten, aufmerksam machen, hinweisen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor sein (Nederlands) in het Duits
sein:
Vertaal Matrix voor sein:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Fingerzeig | sein; teken; wenk | aanwijzing; spoor; tip; toespeling; verwijzing; vingerwenk; vingerwijzing; wenk |
Signal | sein; teken; wenk | gebaar; geste; signaal; stoplicht; teken; verkeerslicht |
Wink | sein; teken; wenk | aanknopingspunt; aanwijzing; gebaar; geste; spoor; tip; toespeling; verwijzing; vingerwenk; vingerwijzing; wenk |
Zeichen | sein; teken; wenk | gebaar; geste; kenteken; logo; merk; merknaam; nummerplaat; onderscheidingsteken; signaal; teken |
Verwante woorden van "sein":
Wiktionary: sein
sein
Cross Translation:
noun
-
Gebärde, Geste oder Laut, um auf etwas aufmerksam zu machen oder hinzuweisen
-
Eisenbahn: Schild oder Leuchtanlage, das freie Fahrt, ein Haltegebot oder andere Sachverhalte anzeigt
-
etwas Wahrnehmbares, das eine bestimmte Bedeutung hat
-
Sachverhalt, der als Zeichen für etwas anderes gedeutet wird
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• sein | → Signal | ↔ signal — indication |
sein vorm van seinen:
-
seinen (signalen geven)
senden; telegrafieren; Signale geben-
telegrafieren werkwoord (telegrafiere, telegrafierst, telegrafiert, telegrafierte, telegrafiertet, telegrafiert)
Conjugations for seinen:
o.t.t.
- sein
- seint
- seint
- seinen
- seinen
- seinen
o.v.t.
- seinde
- seinde
- seinde
- seinden
- seinden
- seinden
v.t.t.
- heb geseind
- hebt geseind
- heeft geseind
- hebben geseind
- hebben geseind
- hebben geseind
v.v.t.
- had geseind
- had geseind
- had geseind
- hadden geseind
- hadden geseind
- hadden geseind
o.t.t.t.
- zal seinen
- zult seinen
- zal seinen
- zullen seinen
- zullen seinen
- zullen seinen
o.v.t.t.
- zou seinen
- zou seinen
- zou seinen
- zouden seinen
- zouden seinen
- zouden seinen
en verder
- ben geseind
- bent geseind
- is geseind
- zijn geseind
- zijn geseind
- zijn geseind
diversen
- sein!
- seint!
- geseind
- seinend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor seinen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Signale geben | seinen; signalen geven | |
senden | seinen; signalen geven | afgeven; afleveren; bestellen; bezorgen; brengen; geven; orderen; overhandigen; rondstralen; schenken; telegraferen; thuisbezorgen; uitstralen; uitzenden; verlenen; verstrekken; versturen; verwijzen; verzenden; zenden |
telegrafieren | seinen; signalen geven | telegraferen |
Verwante woorden van "seinen":
Wiktionary: seinen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• seinen | → signalisieren; andeuten; aufmerksam machen; hinweisen | ↔ signaler — appeler ou attirer l’attention de quelqu’un sur une personne ou sur une chose. |