Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
auffallend
|
opschepperig; opzichtig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
bovenmatig; buitengemeen; buitensporig; eruitspringend; extreem; frappant; in het oog lopend; in het oog springend; mateloos; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; saillant; tomeloos; treffend; uitermate; uitsteken
|
auffällig
|
opschepperig; opzichtig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
bijzonder; bovenmatig; buitengemeen; buitengewoon; buitensporig; excessief; extreem; frappant; heel erg; hogelijk; in het oog lopend; in het oog springend; mateloos; opmerkelijk; opmerkenswaardig; opvallend; saillant; ten zeerste; tomeloos; treffend; uitermate; uiterst; zeer
|
aufgeblasen
|
opschepperig; opzichtig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
arrogant; bombastisch; gezwollen; hoogdravend; hoogmoedig; hovaardig; neerbuigend; opgeblazen; opgepompt; pompeus; trots; uit de hoogte; verwaand
|
aufgebläht
|
opschepperig; opzichtig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
aanmatigend; arrogant; fier; flink; geringschattend; glorieus; groots; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; kleinerend; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; pafferig; prat; trots; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
aufschneiderisch
|
opschepperig; opzichtig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
brallerig; grootsprakerig; opschepperig; pocherig; snoevend
|
hochmütig
|
opschepperig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
aanmatigend; arrogant; geringschattend; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; ijdel; ingebeeld; kleinerend; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; trots; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
hoffärtig
|
opschepperig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
geringschattend; hooghartig; ijdel; ingebeeld; kleinerend; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; trots; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
|
laut
|
opzichtig; protserig; schreeuwerig
|
blijkens; hard; hardop; joelend; keihard; lawaaierig; luid; luid klinkend; luidruchtig; oorverdovend; rumoerig; schreeuwend
|
lauthals
|
opschepperig; opzichtig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
hard; hardop; luid; luidkeels; uit volle borst
|
lautstark
|
opschepperig; opzichtig; protsend; protserig; schreeuwerig
|
hard; hardop; joelend; lawaaierig; luid; luid klinkend; luidkeels; luidruchtig; rumoerig; schreeuwend; uit volle borst
|
lärmend
|
opzichtig; protserig; schreeuwerig
|
hard; hardop; joelend; luid; luid klinkend; schreeuwend
|
schreierisch
|
krijserig; opzichtig; protserig; schreeuwerig
|
|