Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. schaker:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schaker (Nederlands) in het Duits

schaker:

schaker [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de schaker (schaakspeler)
    der Schachspieler

Vertaal Matrix voor schaker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schachspieler schaakspeler; schaker schakers

Verwante woorden van "schaker":


Wiktionary: schaker


Cross Translation:
FromToVia
schaker Schachspielerin; Schachspieler chess player — a person who plays chess
schaker Entführer kidnapper — one who performs kidnap