Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. schaftuur:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor schaftuur (Nederlands) in het Duits

schaftuur:

schaftuur [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het schaftuur (lunchpauze; lunchtijd; middagpauze; lunch; schafttijd)
    die Mittagspause; die Arbeitspause

Vertaal Matrix voor schaftuur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Arbeitspause lunch; lunchpauze; lunchtijd; middagpauze; schafttijd; schaftuur etenstijd; lunchuur; onderbreking; pauze; rustpauze; tussenpoos; verpozing; werkpauze
Mittagspause lunch; lunchpauze; lunchtijd; middagpauze; schafttijd; schaftuur etenstijd; lunchtijd; lunchuur; onderbreking; pauze; rustpauze; tussenpoos; verpozing

Verwante woorden van "schaftuur":

  • schafturen