Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. robbedoes:
  2. robbedoezen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor robbedoes (Nederlands) in het Duits

robbedoes:

robbedoes [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de robbedoes (wildebras)
    der Wildfang
    • Wildfang [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor robbedoes:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Wildfang robbedoes; wildebras

Verwante woorden van "robbedoes":


robbedoezen:

robbedoezen werkwoord (robbedoes, robbedoest, robbedoesde, robbedoesden, gerobbedoesd)

  1. robbedoezen
    herumtollen; sich balgen
    • herumtollen werkwoord (tolle herum, tollst herum, tollt herum, tollte herum, tolltet herum, herumgetollt)
    • sich balgen werkwoord (balge mich, balgst dich, balgt sich, balgte sich, balgtet euch, sich gebalgt)

Conjugations for robbedoezen:

o.t.t.
  1. robbedoes
  2. robbedoest
  3. robbedoest
  4. robbedoezen
  5. robbedoezen
  6. robbedoezen
o.v.t.
  1. robbedoesde
  2. robbedoesde
  3. robbedoesde
  4. robbedoesden
  5. robbedoesden
  6. robbedoesden
v.t.t.
  1. heb gerobbedoesd
  2. hebt gerobbedoesd
  3. heeft gerobbedoesd
  4. hebben gerobbedoesd
  5. hebben gerobbedoesd
  6. hebben gerobbedoesd
v.v.t.
  1. had gerobbedoesd
  2. had gerobbedoesd
  3. had gerobbedoesd
  4. hadden gerobbedoesd
  5. hadden gerobbedoesd
  6. hadden gerobbedoesd
o.t.t.t.
  1. zal robbedoezen
  2. zult robbedoezen
  3. zal robbedoezen
  4. zullen robbedoezen
  5. zullen robbedoezen
  6. zullen robbedoezen
o.v.t.t.
  1. zou robbedoezen
  2. zou robbedoezen
  3. zou robbedoezen
  4. zouden robbedoezen
  5. zouden robbedoezen
  6. zouden robbedoezen
diversen
  1. robbedoes!
  2. robbedoest!
  3. gerobbedoesd
  4. robbedoezend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor robbedoezen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
herumtollen robbedoezen dollen; een poets bakken; gekheid uithalen; gekscheren; grappen; malligheid uithalen; ravotten; ronddartelen; schertsen; stoeien; streek uithalen; wild rennen; wild spelen; zich uitleven
sich balgen robbedoezen dollen; ravotten; stoeien; wild rennen; wild spelen; zich uitleven

Verwante woorden van "robbedoezen":


Wiktionary: robbedoezen


Cross Translation:
FromToVia
robbedoezen herumtollen; mutwillig sein; tändeln; übermütig sein batifoler — (familier, fr) jouer à la manière des enfants.
robbedoezen herumtollen; mutwillig sein; tändeln; übermütig sein gambader — Faire des gambades.

Computer vertaling door derden: