Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pers (Nederlands) in het Duits

pers:

pers [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pers (drukpers)
    die Presse; die Druckpresse

pers [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pers
    die Presse
    • Presse [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Druckpresse drukpers; pers
Presse drukpers; pers drilschool

Verwante woorden van "pers":


Verwante definities voor "pers":

  1. apparaat waarmee je ergens het sap uithaalt1
    • ik gebruik altijd een sinaasappelpers1
  2. nieuwsbladen en journalisten1
    • de koningin stond de pers te woord1

Wiktionary: pers

pers
noun
  1. journalistieke media

Cross Translation:
FromToVia
pers Presse press — printed media

persen:

persen werkwoord (pers, perst, perste, persten, geperst)

  1. persen
    drücken; klemmen; quetschen
    • drücken werkwoord (drücke, drückst, drückt, drückte, drücktet, gedrückt)
    • klemmen werkwoord (klemme, klemmst, klemmt, klemmte, klemmtet, geklemmt)
    • quetschen werkwoord (quetsche, quetschst, quetscht, quetschte, quetschtet, gequetscht)
  2. persen (uitpersen; leegknijpen)
    pressen; auspressen; ausdrücken; quetschen
    • pressen werkwoord (preße, preßest, preßt, preßte, preßtet, gepresst)
    • auspressen werkwoord (presse aus, presst aus, presste aus, presstet aus, ausgepreßt)
    • ausdrücken werkwoord (drücke aus, drückst aus, drückt aus, drückte aus, drücktet aus, ausgedrückt)
    • quetschen werkwoord (quetsche, quetschst, quetscht, quetschte, quetschtet, gequetscht)

Conjugations for persen:

o.t.t.
  1. pers
  2. perst
  3. perst
  4. persen
  5. persen
  6. persen
o.v.t.
  1. perste
  2. perste
  3. perste
  4. persten
  5. persten
  6. persten
v.t.t.
  1. heb geperst
  2. hebt geperst
  3. heeft geperst
  4. hebben geperst
  5. hebben geperst
  6. hebben geperst
v.v.t.
  1. had geperst
  2. had geperst
  3. had geperst
  4. hadden geperst
  5. hadden geperst
  6. hadden geperst
o.t.t.t.
  1. zal persen
  2. zult persen
  3. zal persen
  4. zullen persen
  5. zullen persen
  6. zullen persen
o.v.t.t.
  1. zou persen
  2. zou persen
  3. zou persen
  4. zouden persen
  5. zouden persen
  6. zouden persen
en verder
  1. is geperst
  2. zijn geperst
diversen
  1. pers!
  2. perst!
  3. geperst
  4. persend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor persen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ausdrücken leegknijpen; persen; uitpersen babbelen; formuleren; fraseren; in een formule brengen; kakelen; klappen; kletsen; kwebbelen; kwekken; kwetteren; leegknijpen; praten; snateren; spreken; tot uitdrukking brengen; uitbeelden; uitdrukken; uitdrukking geven aan; uiten; uiting geven aan; uitknijpen; verbaliseren; verbeelden; verpersonificeren; vertolken; verwoorden; wauwelen; zwammen
auspressen leegknijpen; persen; uitpersen leeghalen; leegknijpen; plunderen; uitdrukken; uitknijpen; uitpersen; uitzuigen
drücken persen drukken; duwen; knellen; met iemand worstelen; strak zitten; voortduwen; worstelen; zich wringen
klemmen persen graaien; grijpen; grissen; jatten; met iemand worstelen; nijpen; pikken; snaaien; vastpinnen; vastprikken; vastspelden; wegkapen; worstelen
pressen leegknijpen; persen; uitpersen dwingen; dwingen te doen; forceren
quetschen leegknijpen; persen; uitpersen butsen; drukken; een deuk maken in; indeuken; kaatsen; knellen; kneuzen; krenken; kwetsen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auspressen uitgedrukt; uitgeknepen

Verwante woorden van "persen":


Wiktionary: persen


Cross Translation:
FromToVia
persen entsaften juice — to remove the juice from something
persen drücken; quetschen; pressen squeeze — to apply pressure to from two or more sides at once
persen quetschen; zwängen squeeze — to fit into a tight place
persen drängen; pressen; pressieren; beklemmen; drücken; bedrücken; zwängen; andringen; beharren auf; trotzen; beeilen; beschleunigen; fördern; befördern; schneller machen; akzelerieren presserexercer une pression, serrer plus ou moins fort.
persen einschließen; spannen; klemmen; pressen; zwängen; zusammendrücken; kondensieren; komprimieren serrer — Renfermer, ranger, mettre en lieu sûr, à l’abri. (Sens général).

Verwante vertalingen van pers