Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. pater:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pater (Nederlands) in het Duits

pater:

pater [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pater (priester; geestelijke)
    der Priester; der Geistliche

Vertaal Matrix voor pater:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Geistliche geestelijke; pater; priester bedienaar van de godsdienst; broeder; broer; dominee; frater; geestelijk herder; geestelijke; hoeder; kloosterling; monnik; pastoor; pastor; predikant; prediker; voorganger
Priester geestelijke; pater; priester

Verwante woorden van "pater":

  • paters, patertje, patertjes

Wiktionary: pater


Cross Translation:
FromToVia
pater Pater pèremâle féconder un ovule qui donner naissance à un enfant.

Verwante vertalingen van pater