Nederlands
Uitgebreide vertaling voor overstappen (Nederlands) in het Duits
overstappen:
-
overstappen
Conjugations for overstappen:
o.t.t.
- stap over
- stapt over
- stapt over
- stappen over
- stappen over
- stappen over
o.v.t.
- stapte over
- stapte over
- stapte over
- stapten over
- stapten over
- stapten over
v.t.t.
- ben overgestapt
- bent overgestapt
- is overgestapt
- zijn overgestapt
- zijn overgestapt
- zijn overgestapt
v.v.t.
- was overgestapt
- was overgestapt
- was overgestapt
- waren overgestapt
- waren overgestapt
- waren overgestapt
o.t.t.t.
- zal overstappen
- zult overstappen
- zal overstappen
- zullen overstappen
- zullen overstappen
- zullen overstappen
o.v.t.t.
- zou overstappen
- zou overstappen
- zou overstappen
- zouden overstappen
- zouden overstappen
- zouden overstappen
diversen
- stap over!
- stapt over!
- overgestapt
- overstappend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het overstappen
Vertaal Matrix voor overstappen:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Umsteigen | overstappen | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
umsteigen | overstappen |
Verwante woorden van "overstappen":
Wiktionary: overstappen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• overstappen | → umsteigen | ↔ change — to transfer to another vehicle |
overstap:
-
de overstap
Vertaal Matrix voor overstap:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Umstieg | overstap |