Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
auf der Stelle
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
bijna; dadelijk; direct; frontaal; gauw; gezwind; haast; klassikaal; nagenoeg; ogenblikkelijk; onverwijld; schier; welhaast; zo meteen
|
augenblicklich
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
dadelijk; direct; gelijk; hedendaags; huidig; meteen; momenteel; ogenblikkelijk; onmiddellijk; onverwijld; op dit ogenblik; prompt; tegenwoordig; terstond; van nu; van vandaag; vooralsnog; vooreerst; voorlopig; voorshands; zo meteen
|
im Augenblick
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
hedendaags; huidig; tegenwoordig; van het ogenblik; van nu; van vandaag; voor het moment
|
im Moment
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
hedendaags; huidig; tegenwoordig; van het ogenblik; van nu; van vandaag; voor het moment
|
in diesem Moment
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
momenteel; nu; op dat moment; op het moment; thans; van het moment
|
jetzt
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
hedendaags; huidig; momenteel; nu; op dat moment; op het moment; tegenwoordig; thans; van nu; van vandaag
|
momentan
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
hedendaags; huidig; tegenwoordig; van nu; van vandaag; vooralsnog; vooreerst; voorlopig; voorshands
|
zur Zeit
|
momenteel; nou; nu; op dit moment; tegenwoordig
|
op het moment; vandaag de dag
|