Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
auf immer
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
|
definitiv
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
definitief; definitieve; permanent; vastgesteld; vaststaand
|
endgültig
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
absoluut; beslist; blijvend; definitief; definitieve; onherstelbaar; onweerlegbaar; permanent; reddeloos; ronduit; stellig; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand; zeker
|
ewig
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
altijd; altijddurend; altoos; eeuwig; eeuwigdurend; eindeloos; ellenlang; immer; levenslang; oneindig; ontzettend lang; onvergankelijk; steevast; voor altijd; voor het leven; voor immer; waar geen eind aan komt; zonder einde
|
für immer
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
|
unumstößlich
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
definitief; definitieve; in elk geval; in ieder geval; onaanvechtbaar; onbetwistbaar; onherstelbaar; onomstotelijk; onweerlegbaar; permanent; reddeloos; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand
|
unwiderruflich
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
definitief; definitieve; onherstelbaar; onweerlegbaar; permanent; reddeloos; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand
|
unwiederbringlich
|
definitief; onverandelijk; permanent; voorgoed
|
definitief; onherstelbaar; onweerlegbaar; permanent; reddeloos; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand
|