Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. onbelemmerd:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor onbelemmerd (Nederlands) in het Duits

onbelemmerd:

onbelemmerd bijvoeglijk naamwoord

  1. onbelemmerd
    ungehindert; unbehelligt

Vertaal Matrix voor onbelemmerd:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
unbehelligt onbelemmerd ongehinderd; ongemoeid; ongestoord; onverstoord; vrijuit
ungehindert onbelemmerd ongehinderd; ongemoeid; ongestoord; onverstoord; vrijuit

Wiktionary: onbelemmerd


Cross Translation:
FromToVia
onbelemmerd frei; offen; geläufig libre — Qui a le pouvoir de faire ce qu’il vouloir, d’agir ou de ne pas agir.