Nederlands
Uitgebreide vertaling voor nieuwbakken (Nederlands) in het Duits
nieuwbakken:
-
nieuwbakken (nieuw)
frisch; neugebacken; grün; frischgebacken-
frisch bijvoeglijk naamwoord
-
neugebacken bijvoeglijk naamwoord
-
grün bijvoeglijk naamwoord
-
frischgebacken bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor nieuwbakken:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frisch | nieuw; nieuwbakken | bezet; bloeiend; doodgemoedereerd; doodkalm; druk; drukbezet; eigentijds; fleurig; florissant; fris; frisjes; geagiteerd; hedendaags; hooggekleurd; kleurig; kleurrijk; koel; levendig; luchtig; modern; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbedorven; onbevlekt; ongebruikt; ongeopend; onschuldig; rein; verhit; vers; versgebakken; vlekkeloos |
frischgebacken | nieuw; nieuwbakken | vers; versgebakken |
grün | nieuw; nieuwbakken | groen; groengekleurd; groenkleurig; smaragd |
neugebacken | nieuw; nieuwbakken | vers; versgebakken |
Wiktionary: nieuwbakken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• nieuwbakken | → neumodisch | ↔ newfangled — modern, unfamiliar or different |