Nederlands

Uitgebreide vertaling voor neerlaten (Nederlands) in het Duits

neerlaten:

neerlaten [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. neerlaten (laten zakken)
    Ablassen; die Senkung; Abwinden
    • Ablassen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Senkung [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Abwinden [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor neerlaten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ablassen laten zakken; neerlaten lozen; spuien
Abwinden laten zakken; neerlaten afrollen; afwinden; ontrollen
Senkung laten zakken; neerlaten afname; bekorting; besnoeiing; besparing; bezuiniging; daling; flauwe helling; glooiing; inkrimping; kostenbesparing; laagte; minder worden; ontering; salarisverlaging; terugloop; uitzakking; val; verkorting; verlaging; verzakking

Wiktionary: neerlaten

neerlaten
verb
  1. laten zakken

Cross Translation:
FromToVia
neerlaten senken; absenken; herablassen; erniedrigen; entwürdigen; diskreditieren; in Misskredit bringen; in Verruf bringen; reduzieren; umbringen; verderben; streichen; demütigen abaisser — Mettre en position plus basse, faire descendre, diminuer la hauteur.