Nederlands
Uitgebreide vertaling voor moed inspreken (Nederlands) in het Duits
moed inspreken:
moed inspreken werkwoord (spreek moed in, spreekt moed in, sprak moed in, spraken moed in, moed ingesproken)
-
moed inspreken
aufrichten; anmutigen; Mut zusprechen-
aufrichten werkwoord (richte auf, richtest auf, richtet auf, richtete auf, richtetet auf, aufgerichtet)
-
anmutigen werkwoord
-
Mut zusprechen werkwoord
-
Conjugations for moed inspreken:
o.t.t.
- spreek moed in
- spreekt moed in
- spreekt moed in
- spreken moed in
- spreken moed in
- spreken moed in
o.v.t.
- sprak moed in
- sprak moed in
- sprak moed in
- spraken moed in
- spraken moed in
- spraken moed in
v.t.t.
- heb moed ingesproken
- hebt moed ingesproken
- heeft moed ingesproken
- hebben moed ingesproken
- hebben moed ingesproken
- hebben moed ingesproken
v.v.t.
- had moed ingesproken
- had moed ingesproken
- had moed ingesproken
- hadden moed ingesproken
- hadden moed ingesproken
- hadden moed ingesproken
o.t.t.t.
- zal moed inspreken
- zult moed inspreken
- zal moed inspreken
- zullen moed inspreken
- zullen moed inspreken
- zullen moed inspreken
o.v.t.t.
- zou moed inspreken
- zou moed inspreken
- zou moed inspreken
- zouden moed inspreken
- zouden moed inspreken
- zouden moed inspreken
diversen
- spreek moed in!
- spreekt moed in!
- moed ingesproken
- moed insprekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor moed inspreken:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Mut zusprechen | moed inspreken | |
anmutigen | moed inspreken | |
aufrichten | moed inspreken | bemoedigen; bouwen; construeren; opbeuren; overeind komen |