Nederlands

Uitgebreide vertaling voor misslag (Nederlands) in het Duits

misslag:

misslag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de misslag (abuis; fout; vergissing; misgreep; dwaling)
    der Fehler; der Irrtum; Versehen
    • Fehler [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Irrtum [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Versehen [das ~] zelfstandig naamwoord
  2. de misslag (vergissing; fout; misgreep; )
    der Fehler; der Irrtum; der Mißerfolg; die Verfehlung; der Mißgriff; Versehen; der Fehlschlag; der Fehlgriff; der Fehlschuß
  3. de misslag (tegenvaller; teleurstelling; fiasco; )
    die Enttäuschung; der Rückschlag; die Ernüchterung

Vertaal Matrix voor misslag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Enttäuschung fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag afknapper; desillusie; ontgoocheling; teleurstelling
Ernüchterung fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag desillusie; ontgoocheling; ontnuchtering; teleurstelling
Fehler abuis; blunder; dwaling; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing afgang; blunder; bug; defect; domheid; echec; euvel; feil; fiasco; flater; flop; fout; gebrek; giller; incorrectheid; machinedefect; mankement; misgreep; mislukking; misser; misstap; onjuistheid
Fehlgriff blunder; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing afgang; blunder; echec; fiasco; flater; flop; fout; mislukking; misser; misstap; nalatigheid; verzaking; verzuim
Fehlschlag blunder; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing afgang; blunder; echec; feil; fiasco; flater; flop; fout; incorrectheid; mislukking; misser; misstap; onjuistheid; wanprestatie
Fehlschuß blunder; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing afgang; blunder; echec; fiasco; flater; flop; mislukking; misschot; misser
Irrtum abuis; blunder; dwaling; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing blunder; domheid; feil; flater; fout; giller; incorrectheid; misgreep; misstap; onjuistheid
Mißerfolg blunder; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing afgang; blunder; echec; fiasco; flater; flop; mislukking; misser
Mißgriff blunder; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing blunder; flater
Rückschlag fiasco; flop; misrekening; misslag; slag; sof; tegenvaller; teleurstelling; terugslag atavisme; terugloop; terugslag; terugstoot
Verfehlung blunder; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing blunder; flater; fout; misstap
Versehen abuis; blunder; dwaling; fout; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing blunder; flater; fout; misstap
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Fehler mislukt

Verwante woorden van "misslag":

  • misslagen