Nederlands

Uitgebreide vertaling voor meerdere (Nederlands) in het Duits

meerdere:

meerdere bijvoeglijk naamwoord

  1. meerdere (verschillende; verscheidene; ettelijke)
    verschiedene; mehrere; unterschiedliche; verschiedenartige

meerdere [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de meerdere (baas; superieur; meester; patroon)
    der Chef; der Fürst; der Herr; der Vorgesetzte; der Herrscher; Haupt; Oberhaupt; der Gebieter; der Vorsteher
    • Chef [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Fürst [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Herr [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Vorgesetzte [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Herrscher [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Haupt [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Oberhaupt [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Gebieter [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Vorsteher [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. de meerdere (superieur)
    die Klostervorsteherin; die Klosteroberin

Vertaal Matrix voor meerdere:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Chef baas; meerdere; meester; patroon; superieur aanvoerder; baas; chef; hoofd; hoofdman; leider; toean; voorman; werkbaas
Fürst baas; meerdere; meester; patroon; superieur heer; heerser; koning; machthebber; majesteit; monarch; plaatsbekleder; soeverein; stadhouder; vorst
Gebieter baas; meerdere; meester; patroon; superieur aanvoerder; baas; beheerser; bevelhebber; commandant; gebieder; heer; heerser; hoofd; hoofdman; kapitein; koning; leider; machthebber; meester; monarch; overheerser; overste; overweldiger; soeverein; vorst
Haupt baas; meerdere; meester; patroon; superieur aanvoerster; helmpluim; leidster; leidsvrouw; pluim; voorvrouw; voorwerker
Herr baas; meerdere; meester; patroon; superieur butler; god; goddelijkheid; godheid; heer; heerschap; heerser; hemelvader; herenknecht; kamerbediende; kamerdienaar; koning; machthebber; meneer; mijnheer; monarch; soeverein; sujet; vent; vorst
Herrscher baas; meerdere; meester; patroon; superieur baas; beheerser; bevelhebber; gebieder; heer; heerser; koning; machthebber; majesteit; meester; monarch; overheerser; overweldiger; plaatsbekleder; regentes; soeverein; stadhouder; vorst
Klosteroberin meerdere; superieur kloosteroverste; moeder overste
Klostervorsteherin meerdere; superieur kloosteroverste; moeder overste
Oberhaupt baas; meerdere; meester; patroon; superieur
Vorgesetzte baas; meerdere; meester; patroon; superieur baas; beschermheer; chef; hoofd; mecenas; meerderen; superieuren
Vorsteher baas; meerdere; meester; patroon; superieur baas; chef; hoofd
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mehrere ettelijke; meerdere; verscheidene; verschillende ettelijk; verscheiden
unterschiedliche ettelijke; meerdere; verscheidene; verschillende
verschiedenartige ettelijke; meerdere; verscheidene; verschillende
verschiedene ettelijke; meerdere; verscheidene; verschillende ettelijk; verscheiden

Wiktionary: meerdere

meerdere
  1. verscheidene

Cross Translation:
FromToVia
meerdere mehrere multiple — having more than one element, part, component or function