Nederlands
Uitgebreide vertaling voor lospeuteren (Nederlands) in het Duits
lospeuteren:
-
lospeuteren (losplukken)
aufdröseln; aufnesteln-
aufdröseln werkwoord (drösele auf, dröselst auf, dröselt auf, dröselte auf, dröseltet auf, aufgedröselt)
-
aufnesteln werkwoord
-
Vertaal Matrix voor lospeuteren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aufdröseln | lospeuteren; losplukken | afbreken; beëindigen; forceren; losknopen; ontbinden; ontknopen; ontraadselen; ontrafelen; ontwarren; opheffen; rafels loslaten; stukmaken; uitpluizen; uitrafelen; uitvezelen; uitzoeken; verbreken; verbrijzelen |
aufnesteln | lospeuteren; losplukken |
Computer vertaling door derden: