Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
-
log:
- faul; müde; langsam; schwerfällig; schwül; träge; schlapp; nachlässig; flau; teilnahmslos; arbeitsscheu; trödelig; lässig; matt; schleppend; lustlos; freudlos; denkfaul; grob; plump; pummelig
- loggen:
-
Wiktionary:
- log → klobig
- log → Log
- log → schwerfällig
- loggen → loggen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor log (Nederlands) in het Duits
log:
-
log (loom; lijzig)
faul; müde; langsam; schwerfällig; schwül; träge; schlapp; nachlässig; flau; teilnahmslos; arbeitsscheu; trödelig; lässig; matt; schleppend; lustlos; freudlos; denkfaul-
faul bijvoeglijk naamwoord
-
müde bijvoeglijk naamwoord
-
langsam bijvoeglijk naamwoord
-
schwerfällig bijvoeglijk naamwoord
-
schwül bijvoeglijk naamwoord
-
träge bijvoeglijk naamwoord
-
schlapp bijvoeglijk naamwoord
-
nachlässig bijvoeglijk naamwoord
-
flau bijvoeglijk naamwoord
-
teilnahmslos bijvoeglijk naamwoord
-
arbeitsscheu bijvoeglijk naamwoord
-
trödelig bijvoeglijk naamwoord
-
lässig bijvoeglijk naamwoord
-
matt bijvoeglijk naamwoord
-
schleppend bijvoeglijk naamwoord
-
lustlos bijvoeglijk naamwoord
-
freudlos bijvoeglijk naamwoord
-
denkfaul bijvoeglijk naamwoord
-
-
log (onsierlijk van gedaante; plomp; lomp)
Vertaal Matrix voor log:
Verwante woorden van "log":
Wiktionary: log
log
Cross Translation:
adjective
-
bezogen auf Finger, Hände: ungeschickt, ungelenk
- klobig → onhandzaam; lomp; onhandig; log
-
Nautik: Messgerät zur Bestimmung der Fahrgeschwindigkeit eines Schiffes
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• log | → schwerfällig | ↔ cumbersome — inert, lumbering, slow in movement |
log vorm van loggen:
-
loggen
Conjugations for loggen:
o.t.t.
- log
- logt
- logt
- loggen
- loggen
- loggen
o.v.t.
- logde
- logde
- logde
- logden
- logden
- logden
v.t.t.
- heb gelogd
- hebt gelogd
- heeft gelogd
- hebben gelogd
- hebben gelogd
- hebben gelogd
v.v.t.
- had gelogd
- had gelogd
- had gelogd
- hadden gelogd
- hadden gelogd
- hadden gelogd
o.t.t.t.
- zal loggen
- zult loggen
- zal loggen
- zullen loggen
- zullen loggen
- zullen loggen
o.v.t.t.
- zou loggen
- zou loggen
- zou loggen
- zouden loggen
- zouden loggen
- zouden loggen
en verder
- ben gelogd
- bent gelogd
- is gelogd
- zijn gelogd
- zijn gelogd
- zijn gelogd
diversen
- log!
- logt!
- gelogd
- loggend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor loggen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
loggen | loggen |