Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- lichter:
- licht:
-
Wiktionary:
- licht → Licht, Lichtquelle
- licht → hell, leicht
- licht → Licht, Lichtquelle, Erleuchtung, hell, erleuchtet, leicht, klar, anschaulich, bestimmt, deutlich, licht, lichtvoll, schwach, flau, gelinde, gering, klein, oberflächlich, flach
-
Gebruikers suggesties voor lichter:
- leichter
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor lichter (Nederlands) in het Duits
lichter:
-
de lichter (hijsarm)
Vertaal Matrix voor lichter:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Hebebaum | hijsarm; lichter | dommekracht; hefbok; hefboom; hefinstallatie; hijsblok; hijstoestel; katrol; krik; takel; takelblok |
Hebevorrichtung | hijsarm; lichter | automatische lift; hefbrug; hefinstallatie; hijsblok; hijstoestel; katrol; takel; takelblok |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gemildert | lichter | geringer gemaakt; ingekrompen; ingeslonken; milder; verminderd |
Verwante woorden van "lichter":
licht:
-
licht (lichtwegend)
licht; leicht; gering; gewöhnlich; gemütlich; glatt; gelinde; mühelos; anspruchslos; einfältig; gefügig; gemächlich; geistesschwach; einfach-
licht bijvoeglijk naamwoord
-
leicht bijvoeglijk naamwoord
-
gering bijvoeglijk naamwoord
-
gewöhnlich bijvoeglijk naamwoord
-
gemütlich bijvoeglijk naamwoord
-
glatt bijvoeglijk naamwoord
-
gelinde bijvoeglijk naamwoord
-
mühelos bijvoeglijk naamwoord
-
anspruchslos bijvoeglijk naamwoord
-
einfältig bijvoeglijk naamwoord
-
gefügig bijvoeglijk naamwoord
-
gemächlich bijvoeglijk naamwoord
-
geistesschwach bijvoeglijk naamwoord
-
einfach bijvoeglijk naamwoord
-
-
licht (niet moeilijk; eenvoudig; gemakkelijk; makkelijk; simpel)
einfach; leicht; simpel; mühelos; imHandumdrehen; stumpfsinnig; dumm; anspruchslos; nicht schwer; glatt; schlicht; stumpf; geistlos; albern; kindisch; bei weitem-
einfach bijvoeglijk naamwoord
-
leicht bijvoeglijk naamwoord
-
simpel bijvoeglijk naamwoord
-
mühelos bijvoeglijk naamwoord
-
imHandumdrehen bijvoeglijk naamwoord
-
stumpfsinnig bijvoeglijk naamwoord
-
dumm bijvoeglijk naamwoord
-
anspruchslos bijvoeglijk naamwoord
-
nicht schwer bijvoeglijk naamwoord
-
glatt bijvoeglijk naamwoord
-
schlicht bijvoeglijk naamwoord
-
stumpf bijvoeglijk naamwoord
-
geistlos bijvoeglijk naamwoord
-
albern bijvoeglijk naamwoord
-
kindisch bijvoeglijk naamwoord
-
bei weitem bijvoeglijk naamwoord
-
-
licht (niet donker)
Vertaal Matrix voor licht:
Verwante woorden van "licht":
Antoniemen van "licht":
Verwante definities voor "licht":
Wiktionary: licht
licht
Cross Translation:
noun
licht
-
Elektromagnetische golven
- licht → Licht
-
lichtbron
- licht → Lichtquelle
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• licht | → Licht | ↔ light — electromagnetic wave |
• licht | → Licht; Lichtquelle | ↔ light — source of light |
• licht | → Erleuchtung | ↔ light — spiritual truth |
• licht | → hell; erleuchtet | ↔ light — having light |
• licht | → hell | ↔ light — pale in colour |
• licht | → leicht | ↔ light — of low weight |
• licht | → leicht | ↔ light — low in fat, calories, alcohol, salt, etc. |
• licht | → klar; hell; anschaulich; bestimmt; deutlich; licht; lichtvoll | ↔ clair — Qui a l’éclat du jour, de la lumière. |
• licht | → schwach; flau; gelinde | ↔ faible — personne qui manquer de puissance, de ressources. |
• licht | → hell | ↔ lumineux — Qui a, qui jette de la lumière. |
• licht | → Licht | ↔ lumière — physique|fr radiation électromagnétique qui peut produire une sensation visuelle. |
• licht | → leicht; gering; klein | ↔ léger — Dont le poids est faible, qui ne pèse guère. |
• licht | → oberflächlich; flach | ↔ superficiel — Qui n’intéresser que la superficie, qui est uniquement en surface. |