Nederlands
Uitgebreide vertaling voor langzaam drinken (Nederlands) in het Duits
langzaam drinken:
langzaam drinken werkwoord (drink langzaam, drinkt langzaam, dronk langzaam, dronken langzaam, langzaam gedronken)
-
langzaam drinken (nippen)
schlürfen; nippen; langsam zu sich nehmen; schluckweise trinken-
langsam zu sich nehmen werkwoord
-
schluckweise trinken werkwoord
Conjugations for langzaam drinken:
o.t.t.
- drink langzaam
- drinkt langzaam
- drinkt langzaam
- drinken langzaam
- drinken langzaam
- drinken langzaam
o.v.t.
- dronk langzaam
- dronk langzaam
- dronk langzaam
- dronken langzaam
- dronken langzaam
- dronken langzaam
v.t.t.
- heb langzaam gedronken
- hebt langzaam gedronken
- heeft langzaam gedronken
- hebben langzaam gedronken
- hebben langzaam gedronken
- hebben langzaam gedronken
v.v.t.
- had langzaam gedronken
- had langzaam gedronken
- had langzaam gedronken
- hadden langzaam gedronken
- hadden langzaam gedronken
- hadden langzaam gedronken
o.t.t.t.
- zal langzaam drinken
- zult langzaam drinken
- zal langzaam drinken
- zullen langzaam drinken
- zullen langzaam drinken
- zullen langzaam drinken
o.v.t.t.
- zou langzaam drinken
- zou langzaam drinken
- zou langzaam drinken
- zouden langzaam drinken
- zouden langzaam drinken
- zouden langzaam drinken
diversen
- drink langzaam!
- drinkt langzaam!
- langzaam gedronken
- langzaam drinkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor langzaam drinken:
| Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| langsam zu sich nehmen | langzaam drinken; nippen | |
| nippen | langzaam drinken; nippen | |
| schluckweise trinken | langzaam drinken; nippen | |
| schlürfen | langzaam drinken; nippen | genieten van; in zich opnemen; lurken; slorpen; slurpen; zuigen |