Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
instabil
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
halfslachtig; los; onstandvastig; onvast; rank; twijfelmoedig; wankel; wankelbaar; wankelend; wankelmoedig
|
klapprig
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
gammel; halfslachtig; krakkemikkig; onstandvastig; twijfelmoedig; wankel; wankelmoedig; zwak
|
mental instabil sein
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
|
schwankend
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
aarzelend; fluctuerend; halfslachtig; heen en weer bewegend; los; onstandvastig; onvast; rank; schommelend; schoorvoetend; twijfelmoedig; variërend; waggelend; wankel; wankelbaar; wankelend; wankelmoedig; weifelend; wisselend; wisselvallig
|
unbeständig
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
aarzelend; buiig; grillig; halfslachtig; inconsistent; los; nukkig; onberekenbaar; onbestendig; ongedurig; onstabiel; onstandvastig; onvast; onvoorspelbaar; rank; schoorvoetend; twijfelmoedig; variërend; veranderlijk; wankel; wankelbaar; wankelend; wankelmoedig; weifelend; wispelturig; wisselend; wisselvallig
|
unfest
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
halfslachtig; los; onstandvastig; onvast; rank; twijfelmoedig; wankel; wankelbaar; wankelend; wankelmoedig
|
unsolide
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
halfslachtig; insolide; los; onsolide; onstandvastig; onvast; rank; twijfelmoedig; wankel; wankelbaar; wankelend; wankelmoedig
|
unzuverlässig
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
halfslachtig; insolide; leugenachtig; los; onstandvastig; onvast; rank; twijfelmoedig; wankel; wankelbaar; wankelend; wankelmoedig
|
wackelig
|
geestelijk onstabiel; labiel
|
fluctuerend; gammel; halfslachtig; heen en weer bewegend; krakkemikkig; los; onstandvastig; onvast; rank; schommelend; twijfelmoedig; waggelend; wankel; wankelbaar; wankelend; wankelmoedig; wiebelend; wiebelig; zwak
|