Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- kwetsend:
- kwetsen:
-
Wiktionary:
- kwetsen → beschädigen, schaden, verletzten, verletzen
- kwetsen → verletzen, quälen, beleidigen, schmerzen, verwunden, Anstoß erregen, klopfen, schlagen, hauen, prügeln, ausklopfen, aufschlagen, aushämmern, schlagen gegen, prasseln gegen, peitschen gegen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor kwetsend (Nederlands) in het Duits
kwetsend:
-
kwetsend (grievend; krenkend)
beleidigend; schmerzhaft; schmerzend; schmerzlich; kränkend-
beleidigend bijvoeglijk naamwoord
-
schmerzhaft bijvoeglijk naamwoord
-
schmerzend bijvoeglijk naamwoord
-
schmerzlich bijvoeglijk naamwoord
-
kränkend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor kwetsend:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
beleidigend | grievend; krenkend; kwetsend | beledigend; kwaadsprekend; lasterlijk; smadend |
kränkend | grievend; krenkend; kwetsend | |
schmerzend | grievend; krenkend; kwetsend | |
schmerzhaft | grievend; krenkend; kwetsend | pijnlijk; zeer doend |
schmerzlich | grievend; krenkend; kwetsend | pijnlijk; smartelijk; verdrietig makend; zeer doend |
kwetsen:
Conjugations for kwetsen:
o.t.t.
- kwets
- kwetst
- kwetst
- kwetsen
- kwetsen
- kwetsen
o.v.t.
- kwetste
- kwetste
- kwetste
- kwetsten
- kwetsten
- kwetsten
v.t.t.
- heb gekwetst
- hebt gekwetst
- heeft gekwetst
- hebben gekwetst
- hebben gekwetst
- hebben gekwetst
v.v.t.
- had gekwetst
- had gekwetst
- had gekwetst
- hadden gekwetst
- hadden gekwetst
- hadden gekwetst
o.t.t.t.
- zal kwetsen
- zult kwetsen
- zal kwetsen
- zullen kwetsen
- zullen kwetsen
- zullen kwetsen
o.v.t.t.
- zou kwetsen
- zou kwetsen
- zou kwetsen
- zouden kwetsen
- zouden kwetsen
- zouden kwetsen
en verder
- ben gekwetst
- bent gekwetst
- is gekwetst
- zijn gekwetst
- zijn gekwetst
- zijn gekwetst
diversen
- kwets!
- kwetst!
- gekwetst
- kwetsend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het kwetsen (beschadigen)
Vertaal Matrix voor kwetsen:
Wiktionary: kwetsen
kwetsen
Cross Translation:
verb
kwetsen
-
beschadigen, schaden
- kwetsen → beschädigen; schaden
-
beledigen, schofferen
- kwetsen → verletzten
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• kwetsen | → verletzen | ↔ hurt — to cause physical pain and/or injury |
• kwetsen | → quälen | ↔ hurt — to cause emotional pain |
• kwetsen | → beleidigen | ↔ offend — to hurt the feelings |
• kwetsen | → schmerzen | ↔ pain — to hurt; to put to bodily uneasiness or anguish |
• kwetsen | → verletzen; verwunden | ↔ wound — hurt or injure |
• kwetsen | → verletzen | ↔ wound — hurt (someone's feelings) |
• kwetsen | → verletzen; verwunden | ↔ blesser — frapper d’un coup qui fait une contusion, une plaie, une fracture. |
• kwetsen | → Anstoß erregen | ↔ choquer — donner un choc, heurter. |
• kwetsen | → Anstoß erregen; klopfen; schlagen; hauen; prügeln; ausklopfen; aufschlagen; aushämmern; schlagen gegen; prasseln gegen; peitschen gegen | ↔ heurter — entrer brusquement en contact. |