Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kriebels:
  2. kriebel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kriebels (Nederlands) in het Duits

kriebels:

kriebels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de kriebels (irritatie; prikkels)
    die Prickel; die Anreize
    • Prickel [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Anreize [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kriebels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anreize irritatie; kriebels; prikkels
Prickel irritatie; kriebels; prikkels

Verwante woorden van "kriebels":


kriebel:

kriebel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kriebel (jeukerigheid; jeuk)
    Jucken
    • Jucken [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kriebel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Jucken jeuk; jeukerigheid; kriebel gekietel; gekriebel

Verwante woorden van "kriebel":