Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
gelassen
|
koelbloedig; onbewogen; onverschillig
|
bedaard; beheerst; evenwichtig; geduldig; gelaten; gelijkmoedig; gerust; in evenwicht; kalm; kalm afwachtend; lankmoedig; lijdzaam; luchthartig; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbekommerd; onbesuisd; onbezorgd; ongebruikt; ongeopend; onverzwakt; rustig; stoïcijns; zorgeloos
|
kaltblütig
|
koelbloedig; onverschrokken
|
brutaalweg; dapper; doodgemoederd; doodgemoedereerd; doodkalm; doodleuk; gemoedereerd; hard; hardop; heldhaftig; heroïsch; kloek; koudbloedig; luid; meedogenloos; moedig; onverschrokken; stout; stoutmoedig; wreed
|
mit größter Seelenruhe
|
koelbloedig; onverschrokken
|
|
seelenruhig
|
koelbloedig; onverschrokken
|
brutaalweg; doodgemoederd; doodgemoedereerd; doodkalm; doodleuk; droogjes; gemoedereerd
|
teilnahmslos
|
koelbloedig; onbewogen; onverschillig
|
lijzig; log; loom; ongefundeerd; ongegrond; ongemotiveerd; ongeïnteresseerd; onverschillig; zonder grond
|
unberührt
|
koelbloedig; onbewogen; onverschillig
|
emotieloos; gaaf; gevoelloos; hard; hardvochtig; harteloos; kuis; liefdeloos; maagdelijk; onaangebroken; onaangeraakt; onaangeroerd; onaangetast; onbevlekt; ongebruikt; ongeopend; ongerept; ongevoelig; onschuldig; onverzwakt; puur; rein; virginaal; zielloos; zuiver
|
unbeteiligt
|
koelbloedig; onbewogen; onverschillig
|
|
unbewegt
|
koelbloedig; onbewogen; onverschillig
|
bedaard; gelijkmoedig; kalm; kalmpjes; onaangebroken; onaangeroerd; onaangetast; onbewogen; ongebruikt; ongeopend; onverstoorbaar; onverzwakt; rustig; sereen
|
unerschrocken
|
koelbloedig; onverschrokken
|
dapper; heldhaftig; heroïsch; kloek; koen; kranig; manmoedig; moedig; onbeducht; onbevreesd; onversaagd; onverschrokken; onvervaard; stout; stoutmoedig; vermetel; zonder vrees
|
unerschütterlich
|
koelbloedig; onbewogen; onverschillig
|
ferm; fiks; flink; houterig; onverstoorbaar; onwankelbaar; onwrikbaar; pal; standvastig; stevig; stijf; stijve; stram; stroef; vasthoudend; volhardend
|
ungerührt
|
koelbloedig; onbewogen; onverschillig
|
gerust; indifferent; koel; koud; laconiek; lauw; luchthartig; onaangebroken; onaangedaan; onaangeroerd; onaangetast; onbekommerd; onberoerd; onbesuisd; onbewogen; onbezorgd; ongebruikt; ongefundeerd; ongegrond; ongemotiveerd; ongeopend; ongevoelig; ongeïnteresseerd; onverschillig; zonder grond; zorgeloos
|