Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. klieders:
  2. klieder:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor klieders (Nederlands) in het Duits

klieders:

klieders [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de klieders (broddelaars; knoeiers; kladders)
    der Schmierer; der Sudler
    • Schmierer [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Sudler [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor klieders:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schmierer broddelaars; kladders; klieders; knoeiers broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier; knoeiers; knoeipot; knoeipotten; koekenbakker; koekhakker; morser; morsers
Sudler broddelaars; kladders; klieders; knoeiers beunhaas; broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier; knoeipot; koekenbakker; morser

Verwante woorden van "klieders":


klieders vorm van klieder:

klieder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de klieder (kladderaar; broddelaar; knoeier; kladder)
    der Schmierer; der Sudler
    • Schmierer [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Sudler [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor klieder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schmierer broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier broddelaars; kladders; klieders; knoeier; knoeiers; knoeipot; knoeipotten; koekenbakker; koekhakker; morser; morsers
Sudler broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier beunhaas; broddelaars; kladders; klieders; knoeiers; knoeipot; koekenbakker; morser

Verwante woorden van "klieder":