Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kenmerkend (Nederlands) in het Duits

kenmerkend:

kenmerkend bijvoeglijk naamwoord

  1. kenmerkend (karakteristiek; typisch; typerend; tekenend)
    typisch; charakteristisch; charakterisierend; kennzeichnend; bezeichnend; eigenartig; einheimisch; spezifisch; eigen; treffend; eigentümlich

Vertaal Matrix voor kenmerkend:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bezeichnend karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch beschrijvend; definiërend; karakteriserend; omschrijvend
charakterisierend karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch beschrijvend
charakteristisch karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch
eigen karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch accuraat; apart; bijzonder; bizar; bloedeigen; buitenissig; curieus; eigen; eigenaardig; excentriek; merkwaardig; net; ongewoon; precies; ragfijn; secuur; stipt; typisch; uitheems; vreemd; vreemdsoortig; zonderling; zorgvuldig
eigenartig karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch apart; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; extravagant; merkwaardig; ongewoon; typisch; uitheems; vreemd; vreemdsoortig; zonderling
eigentümlich karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch apart; bijzonder; bizar; buitenissig; curieus; eigenaardig; excentriek; merkwaardig; ongewoon; typisch; uitheems; vreemd; vreemdsoortig; zonderling
einheimisch karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch aangeboren; autochtoon; binnenlands; eigen; ingeboren; inheems; inlands; natuurlijk; van nature aanwezig
kennzeichnend karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch beschrijvend; definiërend; karakteriserend; kenschetsend; omschrijvend; tekenend; toepasselijk; treffend; typerend
spezifisch karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch soortelijk; specifiek
treffend karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch behendig; bekwaam; handig; kenschetsend; kundig; ragfijn; tekenend; typerend; vaardig
typisch karakteristiek; kenmerkend; tekenend; typerend; typisch beschrijvend; definiërend; eigen aan; karakteriserend; kenschetsend; omschrijvend; tekenend; typerend

Verwante woorden van "kenmerkend":

  • kenmerkendst, kenmerkendste

Wiktionary: kenmerkend


Cross Translation:
FromToVia
kenmerkend kennzeichnend; charakteristisch; bezeichnend; typisch characteristic — being a distinguishing feature of a person or thing

kenmerken:

kenmerken werkwoord (kenmerk, kenmerkt, kenmerkte, kenmerkten, gekenmerkt)

  1. kenmerken (kenschetsen; karakteriseren; typeren)
    kennzeichnen; markieren; charakterisieren; beschreiben; bezeichnen
    • kennzeichnen werkwoord (kennzeichne, kennzeichnst, kennzeichnt, kennzeichnte, kennzeichntet, gekennzeichnet)
    • markieren werkwoord (markiere, markierst, markiert, markierte, markiertet, markiert)
    • charakterisieren werkwoord (charakterisiere, charakterisierst, charakterisiert, charakterisierte, charakterisiertet, charakterisiert)
    • beschreiben werkwoord (beschreibe, beschreibst, beschreibt, beschrieb, beschriebt, beschrieben)
    • bezeichnen werkwoord (bezeichne, bezeichnest, bezeichnet, bezeichnete, bezeichnetet, bezeichnet)
  2. kenmerken (karakteriseren; tekenen; typeren; kenschetsen)
    kennzeichnen; charakterisieren; bezeichnen
    • kennzeichnen werkwoord (kennzeichne, kennzeichnst, kennzeichnt, kennzeichnte, kennzeichntet, gekennzeichnet)
    • charakterisieren werkwoord (charakterisiere, charakterisierst, charakterisiert, charakterisierte, charakterisiertet, charakterisiert)
    • bezeichnen werkwoord (bezeichne, bezeichnest, bezeichnet, bezeichnete, bezeichnetet, bezeichnet)

Conjugations for kenmerken:

o.t.t.
  1. kenmerk
  2. kenmerkt
  3. kenmerkt
  4. kenmerken
  5. kenmerken
  6. kenmerken
o.v.t.
  1. kenmerkte
  2. kenmerkte
  3. kenmerkte
  4. kenmerkten
  5. kenmerkten
  6. kenmerkten
v.t.t.
  1. heb gekenmerkt
  2. hebt gekenmerkt
  3. heeft gekenmerkt
  4. hebben gekenmerkt
  5. hebben gekenmerkt
  6. hebben gekenmerkt
v.v.t.
  1. had gekenmerkt
  2. had gekenmerkt
  3. had gekenmerkt
  4. hadden gekenmerkt
  5. hadden gekenmerkt
  6. hadden gekenmerkt
o.t.t.t.
  1. zal kenmerken
  2. zult kenmerken
  3. zal kenmerken
  4. zullen kenmerken
  5. zullen kenmerken
  6. zullen kenmerken
o.v.t.t.
  1. zou kenmerken
  2. zou kenmerken
  3. zou kenmerken
  4. zouden kenmerken
  5. zouden kenmerken
  6. zouden kenmerken
en verder
  1. ben gekenmerkt
  2. bent gekenmerkt
  3. is gekenmerkt
  4. zijn gekenmerkt
  5. zijn gekenmerkt
  6. zijn gekenmerkt
diversen
  1. kenmerk!
  2. kenmerkt!
  3. gekenmerkt
  4. kenmerkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kenmerken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beschreiben karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; typeren afschilderen; beschrijven; nader omschrijven; omschrijven; preciseren; schetsen; weergeven
bezeichnen karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren
charakterisieren karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren
kennzeichnen karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; tekenen; typeren aankruisen; bepalen; branden; brandmerken; definiëren; inbranden; keurmerken; markeren; merken; omschrijven; van stigma's voorzien
markieren karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; typeren aankruisen; branden; brandmerken; een melding geven; inbranden; markeren; merken; selecteren; taggen; van stigma's voorzien

Verwante woorden van "kenmerken":


Wiktionary: kenmerken

kenmerken
verb
  1. een herkenningspunt ergens van zijn
kenmerken
  1. mit einer Markierung, einem Kennzeichen versehen
  2. (transitiv) etwas mit einem oder mehreren Zeichen versehen

Cross Translation:
FromToVia
kenmerken bestimmen; andeuten; markieren; zeichnen; anzeichnen; kennzeichnen; angeben; weisen; anweisen; hinweisen; zeigen; auslesen; wählen; auswählen; erwählen; aussuchen; auserwählen; eine Auswahl treffen désigner — Traduction à trier
kenmerken andeuten; markieren; zeichnen; anzeichnen; kennzeichnen marquer — Distinguer une chose d’une autre au moyen d’une marque. (Sens général).