Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kapellen:
  2. kapel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kapellen (Nederlands) in het Duits

kapellen:

kapellen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de kapellen (bedehuizen; kerken)
    die Kirchen; die Kapellen; die Bethäuser
  2. de kapellen (muziekgezelschappen)
    die Kapellen
    • Kapellen [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kapellen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bethäuser bedehuizen; kapellen; kerken
Kapellen bedehuizen; kapellen; kerken; muziekgezelschappen
Kirchen bedehuizen; kapellen; kerken

Verwante woorden van "kapellen":


kapellen vorm van kapel:

kapel [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de kapel (muziekkorps; fanfare; blaaskapel; fanfarekorps; harmonie)
    die Band; die Harmonie; die Fanfare; die Blaskapelle; der Spielmannszug

Vertaal Matrix voor kapel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Band blaaskapel; fanfare; fanfarekorps; harmonie; kapel; muziekkorps band; binding; boekdeel; bundel; deel; gebondenheid; gedichtenbundel; geluidsniveau; het gebonden zijn; volume
Blaskapelle blaaskapel; fanfare; fanfarekorps; harmonie; kapel; muziekkorps
Fanfare blaaskapel; fanfare; fanfarekorps; harmonie; kapel; muziekkorps
Harmonie blaaskapel; fanfare; fanfarekorps; harmonie; kapel; muziekkorps balans; evenwicht; harmonie; samenklank
Spielmannszug blaaskapel; fanfare; fanfarekorps; harmonie; kapel; muziekkorps drumband; tamboerkorps

Verwante woorden van "kapel":


Wiktionary: kapel

kapel
noun
  1. klein kerkgebouw
kapel
noun
  1. Religion: einfach gestaltetes Andachtsgebäude, kleines Gotteshaus, das nicht für regelmäßige Gottesdienste einer Gemeinde bestimmt ist

Cross Translation:
FromToVia
kapel Kapelle chapel — place of worship
kapel Falter; Schmetterling papillon — Papillon de jour (rhopalocère)