Nederlands

Uitgebreide vertaling voor inzicht (Nederlands) in het Duits

inzicht:

inzicht [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het inzicht (doorzicht)
    die Einsicht; die Durchsicht; Verständnis; die Erkenntnis; die Hindurchsicht; die Ansicht; die Auffassung; die Schärfe; die Erkennung; die Erleuchtung; die Scharfsichtigkeit
  2. het inzicht (idee)
    die Einsicht; der Gedanke
    • Einsicht [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Gedanke [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. het inzicht (zienswijze; gezichtspunt; opvatting; )
    die Ansicht; die Denkweise; die Anschauung; die Ansichtsweise
  4. het inzicht (begrijpen)
    Verstehen
  5. het inzicht (verstand; bewustzijn; brein; rede)
    die Einsicht; Bewußtsein; die Erkenntnis; der Verstand; Erkennen
  6. het inzicht (visie; beschouwing)
    die Vision; die Vorstellung

Vertaal Matrix voor inzicht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anschauung denkbeeld; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; standpunt; visie; zienswijze aanschouwing; apperceptie; begrip; benul; gezindheid; mening; mentale voorstelling; observatie; opinie; overtuiging; perceptie; vaststaande mening; waarneming
Ansicht denkbeeld; doorzicht; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; standpunt; visie; zienswijze Weergeven; aanblik; aangezicht; aanschouwing; aanzien; allure; ansicht; ansichtkaart; apperceptie; begrip; benul; buitenkant; conceptie; denkbeeld; dunk; gedaante; gezicht; gezindheid; iemand zijn uiterlijk; kijk; manier van kijken; mening; meningsuiting; mentale voorstelling; notie; observatie; oordeel; opinie; opvatting; overtuiging; panorama; perceptie; prentbriefkaart; prospect; uiterlijk; uitzicht; vaststaande mening; vergezicht; verschijning; vertoon; visie; voorkomen; vorm; vue; waarneming; weergave; zicht; zienswijze
Ansichtsweise denkbeeld; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; standpunt; visie; zienswijze
Auffassung doorzicht; inzicht begrip; benul; conceptie; denkbeeld; gezindheid; kijk; mening; mentale voorstelling; notie; oordeel; opinie; opvatting; overtuiging; vaststaande mening; visie; zienswijze
Bewußtsein bewustzijn; brein; inzicht; rede; verstand begrip; benul; besef; bewustzijn; conceptie; denkbeeld; notie
Denkweise denkbeeld; gezichtspunt; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; standpunt; visie; zienswijze begrip; benul; conceptie; denkbeeld; denkrichting; denktrant; denkwijze; gedachte; gedachtewereld; gezindheid; idee; ideeënwereld; kijk; manier van denken; mening; mentale voorstelling; notie; oordeel; opinie; opvatting; overtuiging; vaststaande mening; visie; zienswijze
Durchsicht doorzicht; inzicht
Einsicht bewustzijn; brein; doorzicht; idee; inzicht; rede; verstand begrip; benul; besef; bewustzijn; conceptie; denkbeeld; erkenning; mentale voorstelling; notie; toegeving; wijsheid
Erkennen bewustzijn; brein; inzicht; rede; verstand benul; besef; bewustzijn; denkbeeld; kenteken; kijk; mening; merkteken; notie; onderscheidingsteken; oordeel; opinie; opvatting; visie; zienswijze
Erkenntnis bewustzijn; brein; doorzicht; inzicht; rede; verstand begrip; benul; besef; bevinding; bewustzijn; conceptie; dankbaarheid; danken; denkbeeld; erkenning; erkentelijkheid; gnosis; kijk; mening; notie; ondervinden; ondervinding; oordeel; opinie; opvatting; toegeving; visie; zienswijze
Erkennung doorzicht; inzicht dankbaarheid; danken; denkbeeld; erkenning; erkentelijkheid; kijk; mening; oordeel; opinie; opvatting; toegeving; visie; zienswijze
Erleuchtung doorzicht; inzicht openbaring; verrassende ontdekking
Gedanke idee; inzicht begrip; benul; conceptie; denkbeeld; gedachte; idee; kijk; mening; mentale voorstelling; notie; oordeel; opinie; opvatting; visie; zienswijze
Hindurchsicht doorzicht; inzicht
Scharfsichtigkeit doorzicht; inzicht bij de pinken zijn; goed werkend oog; goochemheid; scherpziendheid; schranderheid; uitgeslapenheid
Schärfe doorzicht; inzicht bijterigheid; bitsheid; felheid; gedrevenheid; heftigheid; het bijtende; het nare; hevigheid; intensiteit; kattigheid; kracht; puntig zijn; puntigheid; schamperheid; scherpheid; scherpte; snijkant; spitsheid; vinnigheid
Verstand bewustzijn; brein; inzicht; rede; verstand begrip; benul; besef; bewustzijn; brein; conceptie; denkbeeld; denkvermogen; geest; geestvermogen; hersens; intellect; intelligentie; notie; rede; scherpheid; scherpte; scherpzinnigheid; schranderheid; spitsheid; spitsvondigheid; vernuft; verstand; verstandelijk vermogen
Verstehen begrijpen; inzicht
Verständnis doorzicht; inzicht aanvoelen; feeling; gevoel; intelligentie; pienterheid; schranderheid; slimheid
Vision beschouwing; inzicht; visie visioen; visioenen
Vorstellung beschouwing; inzicht; visie begrip; benul; besef; bewustzijn; conceptie; denkbeeld; fantasie; gedachte; happening; idee; kijk; komedie; mening; mentale voorstelling; notie; oordeel; opinie; opvatting; opvoering; overtuiging; parade; performance; show; staatsie; verbeelding; vertoning; visie; voorstelling; zienswijze

Verwante definities voor "inzicht":

  1. het snappen hoe iets in elkaar zit1
    • hij heeft weinig inzicht in deze zaak1
  2. opvatting of mening1
    • wij verschillen van inzicht1

Wiktionary: inzicht

inzicht
noun
  1. het doorhebben hoe iets in elkaar zit
  2. het inzien van iets

Cross Translation:
FromToVia
inzicht Einsicht insight — power of acute observation and deduction

Verwante vertalingen van inzicht