Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- ingrediënt:
-
Wiktionary:
- ingrediënt → Ingrediens
- ingrediënt → Bestandteil, Ingredienz, Inhaltsstoff, Zutat
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor ingrediënt (Nederlands) in het Duits
ingrediënt:
-
het ingrediënt (basisbestanddeel; onderdeel; component; deel; bestanddeel; stuk; element; fractie)
Vertaal Matrix voor ingrediënt:
Verwante woorden van "ingrediënt":
Wiktionary: ingrediënt
ingrediënt
Cross Translation:
noun
-
meist Plural: Zutat, Inhaltsstoff, besonders in Bezug auf eine Arznei, auf eine zubereitete Speise oder eines Drinks
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• ingrediënt | → Bestandteil; Ingredienz; Inhaltsstoff; Zutat | ↔ ingredient — substance present in a mixture |