Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. indutten:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor indutten (Nederlands) in het Duits

indutten:

indutten werkwoord (dut in, dutte in, dutten in, ingedut)

  1. indutten (indommelen; wegzakken; insluimeren)
    einschlafen; einnicken; einschlummern
    • einschlafen werkwoord (schlafe ein, schläfst ein, schläft ein, schlief ein, schlieft ein, eingeschlafen)
    • einnicken werkwoord (nicke ein, nickst ein, nickt ein, nickte ein, nicktet ein, eingenickt)
    • einschlummern werkwoord (schlummere ein, schlummerst ein, schlummert ein, schlummerte ein, schlummertet ein, eingeschlummert)

Conjugations for indutten:

o.t.t.
  1. dut in
  2. dut in
  3. dut in
  4. dutten in
  5. dutten in
  6. dutten in
o.v.t.
  1. dutte in
  2. dutte in
  3. dutte in
  4. dutten in
  5. dutten in
  6. dutten in
v.t.t.
  1. ben ingedut
  2. bent ingedut
  3. is ingedut
  4. zijn ingedut
  5. zijn ingedut
  6. zijn ingedut
v.v.t.
  1. was ingedut
  2. was ingedut
  3. was ingedut
  4. waren ingedut
  5. waren ingedut
  6. waren ingedut
o.t.t.t.
  1. zal indutten
  2. zult indutten
  3. zal indutten
  4. zullen indutten
  5. zullen indutten
  6. zullen indutten
o.v.t.t.
  1. zou indutten
  2. zou indutten
  3. zou indutten
  4. zouden indutten
  5. zouden indutten
  6. zouden indutten
diversen
  1. dut in!
  2. dut in!
  3. ingedut
  4. induttend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor indutten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
einnicken indommelen; indutten; insluimeren; wegzakken kelderen; zakken
einschlafen indommelen; indutten; insluimeren; wegzakken doodgaan; heengaan; inslapen; kelderen; ontslapen; overlijden; sterven; verscheiden; zakken
einschlummern indommelen; indutten; insluimeren; wegzakken doodgaan; heengaan; inslapen; kelderen; ontslapen; overlijden; sterven; verscheiden; zakken