Nederlands
Uitgebreide vertaling voor incapabel (Nederlands) in het Duits
incapabel:
-
incapabel (onbekwaam; incompetent; ongeschikt)
unfähig; inkompetent; unfachmännisch; unzuständig-
unfähig bijvoeglijk naamwoord
-
inkompetent bijvoeglijk naamwoord
-
unfachmännisch bijvoeglijk naamwoord
-
unzuständig bijvoeglijk naamwoord
-
-
incapabel (onbekend met; onkundig)
untauglich; unkundig; unberechtigt-
untauglich bijvoeglijk naamwoord
-
unkundig bijvoeglijk naamwoord
-
unberechtigt bijvoeglijk naamwoord
-