Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- helderheid:
- helder:
-
Wiktionary:
- helderheid → Helligkeit
- helderheid → Helligkeit, Klarheit, Akutheit, Heftigkeit, Schärfe, schriller Klang, Gellen
- helder → klar, sauber
- helder → hell, glänzend, strahlend, klar, wolkenlos, heiter, erleuchtet, lebendig, lebhaft, schrill, gellend, akut, heftig, hitzig, plötzlich auftretend, spitz, spitzwinkelig, grell, grelltönend, durchdringend, herb, scharf, beißend, hart, rau, streng, anschaulich, bestimmt, deutlich, licht, lichtvoll, eigen, eigenlich, wahr, wirklich, geeignet, tauglich, einfach, einfältig, blank, rein, reinlich, sauber, absolut, losgelöst, beziehungslos, uneingeschränkt, unumschränkt, unabhängig, unvermischt, ungetrübt
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor helderheid (Nederlands) in het Duits
helderheid:
-
de helderheid (lichtsterkte; klaarheid)
-
de helderheid (begrijpelijkheid; duidelijkheid; klaarheid)
-
de helderheid
die Helligkeit -
de helderheid
Vertaal Matrix voor helderheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Begreiflichkeit | begrijpelijkheid; duidelijkheid; helderheid; klaarheid | |
Deutlichkeit | begrijpelijkheid; duidelijkheid; helderheid; klaarheid | concreetheid; verstaanbaarheid |
Helle | helderheid; klaarheid; lichtsterkte | lichtgevendheid |
Helligkeit | helderheid; klaarheid; lichtsterkte | klankhelderheid; lichtheid |
Klarheit | begrijpelijkheid; duidelijkheid; helderheid; klaarheid | klankhelderheid; luciditeit; puurheid; verstaanbaarheid |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Leuchtdichte | helderheid |
Verwante woorden van "helderheid":
Wiktionary: helderheid
helderheid
Cross Translation:
noun
-
Vorhandensein von Licht
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• helderheid | → Helligkeit | ↔ brightness — the quality of being bright |
• helderheid | → Klarheit | ↔ clarity — the state or measure of being clear |
• helderheid | → Akutheit; Heftigkeit; Schärfe; schriller Klang; Gellen | ↔ acuité — qualité de ce qui est aigu. |
• helderheid | → Helligkeit | ↔ clarté — lumière, lueur. |
helder:
-
helder (klaar als een klontje; duidelijk; overduidelijk)
deutlich; klar wie Klosbrühe; ganz offensichtlich-
deutlich bijvoeglijk naamwoord
-
klar wie Klosbrühe bijvoeglijk naamwoord
-
ganz offensichtlich bijvoeglijk naamwoord
-
-
helder (begrijpelijk; duidelijk)
verständlich; deutlich; klar; sonnenklar; eindeutig; offensichtlich-
verständlich bijvoeglijk naamwoord
-
deutlich bijvoeglijk naamwoord
-
klar bijvoeglijk naamwoord
-
sonnenklar bijvoeglijk naamwoord
-
eindeutig bijvoeglijk naamwoord
-
offensichtlich bijvoeglijk naamwoord
-
-
helder (begrijpelijk; inzichtelijk; duidelijk; bevattelijk)
verständlich; deutlich; begreiflich; faßlich-
verständlich bijvoeglijk naamwoord
-
deutlich bijvoeglijk naamwoord
-
begreiflich bijvoeglijk naamwoord
-
faßlich bijvoeglijk naamwoord
-
-
helder (onbewolkt; klaar)
Vertaal Matrix voor helder:
Verwante woorden van "helder":
Antoniemen van "helder":
Verwante definities voor "helder":
Wiktionary: helder
helder
Cross Translation:
Cross Translation:
Computer vertaling door derden: