Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. hangaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hangaar (Nederlands) in het Duits

hangaar:

hangaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de hangaar (bouwkeet; loods; keet; barak)
    die Bauhütte; die Baubude; die Baubaracke

Vertaal Matrix voor hangaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Baubaracke barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods
Baubude barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods bouwvakkersonderkomen; directiekeet; keet
Bauhütte barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods

Verwante woorden van "hangaar":

  • hangaars, hangaartje

Wiktionary: hangaar

hangaar
noun
  1. große, überdachte Halle, meistens aus Metall, Holz, evtl. Beton oder ähnlichem Material, die zum Unterbringen, Warten und Reparieren von Luftfahrzeugen (vornehmlich Luftschiffe, Flugzeuge, Raumfähren) dient